Laat de vrije ruimte 2024 niet onbenut
Werkkostenregeling. Als u uw werknemers (of uzelf als dga) een vergoeding voor gemaakte kosten toekent of iets verstrekt (zoals een groot cadeau of een fiets), krijgt u te maken met de werkkostenregeling. Deze regeling heeft als uitgangspunt dat al dit soort vergoedingen en verstrekkingen in principe tot het loon behoren en dus belast moeten worden. Er bestaat wel een aantal vrijstellingen en nihilwaarderingen, bijv. voor een reiskostenvergoeding binnen het fiscale maximum. Daarnaast heeft iedere werkgever een vrije ruimte waar vergoedingen en verstrekkingen in kunnen worden opgenomen. Deze blijven dan onbelast.
Vrije ruimte. De vrije ruimte bedraagt in 2024 1,92% van uw loonsom tot een bedrag van € 400.000. Over het meerdere van uw loonsom is de vrije ruimte 1,18%. Bedraagt uw loonsom dus bijv. € 600.000, dan is uw vrije ruimte € 400.000 x 1,92% + € 200.000 x 1,18% = € 7.680 + € 2.360 = € 10.040. Schiet u met al uw vergoedingen en verstrekkingen over het bedrag van de vrije ruimte heen, dan moet u hierover of een eindheffing van 80% betalen of deze zaken bij uw werknemers belasten.
Niet verloren laten gaan. U kunt ieder jaar de vrije ruimte volledig benutten, bijv. door het toekennen van een bonus. Doet u dit niet, dan vervalt het restant. Zo tegen het eind van het jaar is het vrij eenvoudig na te gaan of, en zo ja, hoeveel vrije ruimte u nog overheeft. U moet in uw administratie namelijk aangeven of uw vergoedingen en verstrekkingen in de vrije ruimte zijn ondergebracht.
Op https://www.tipsenadvies.nl , Download Zone, jaargang 29, nr. 11 vindt u de rekentool Werkkostenregeling 2024.
Gebruikelijkheidstoets. U moet wel voldoen aan de gebruikelijkheidstoets. Dat wil zeggen: de vergoeding of verstrekking mag niet meer dan 30% afwijken van wat er in een vergelijkbare situatie gebruikelijk is. Tip. Hierover hoeft u zich echter geen zorgen te maken als het totaal aan vergoedingen en verstrekkingen aan de werknemer of aan uzelf als dga in het jaar niet meer dan € 2.400 bedraagt. Dan gaat de Belastingdienst er in beginsel van uit dat dit gebruikelijk is.