BEDRIJFSOPVOLGINGSREGELING - 26.09.2023

Bezitseis BOR niet van toepassing op indirecte belangen

De BOR kan ook worden toegepast op de verkrijging van de aandelen in een lichaam dat binnen een jaar voor het overlijden van de aandeelhouder deelnemingen heeft gekocht of belangen heeft uitgebreid.

Casus Een vrouw heeft tot haar overlijden in 2016 37,56% van de aandelen in een holding. De holding houdt 100% van de aandelen in een werkmaatschappij en deze houdt diverse deelnemingen in binnen- en buitenland. In het jaar voor het overlijden van de vrouw heeft de werkmaatschappij belangen in deelnemingen verkregen of bestaande belangen uitgebreid. In 2016 staat op de balans van de holding een bedrag van € 30,5 miljoen aan liquide middelen en € 12,2 miljoen aan effecten.

Het geschil Bij de rechtbank (ecli:nl:rbgel:2023:4543) is de toepassing van de bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet 1956 (BOR) in geschil. Met name of de BOR van toepassing is op de uitbreiding of verwerving van de deelnemingen door de werkmaatschappij en op de door de holding gehouden liquide middelen en effecten.

BOR is van toepassing De erfgenamen van de vrouw stellen zich op het standpunt dat er geen afzonderlijke bezitstermijn geldt voor de deelnemingen die de werkmaatschappij houdt. De rechtbank is het hiermee eens. De werkmaatschappij drijft één objectieve onderneming. Bezittingen en schulden van de werkmaatschappij moeten aan de holding worden toegerekend. Ten tijde van het overlijden behoorden alle deelnemingen in de dochtervennootschappen tot het ondernemingsvermogen van de werkmaatschappij. Omdat er sprake is van één objectieve onderneming geldt voor de uitbreiding van de belangen in de deelnemingen van de werkmaatschappij geen afzonderlijke bezitstermijn.

BOR ook voor liquide middelen en effecten De rechtbank is het ook eens met het standpunt van de erfgenamen dat de liquide middelen en effecten van de holding ondernemingsvermogen vormen. Deze zijn namelijk bedoeld voor overnames en investeringen door de werkmaatschappij. De holding houdt deze als buffer aan voor de werkmaatschappij en dat is een zakelijk doel aldus de rechtbank.

bz-advies

In 2016 is de wet gewijzigd. Vanaf 2016 geldt voor de deelnemingen die de werkmaatschappij houdt en die indirect geen aanmerkelijk belang vormen, ook een bezitseis. Ook al drijft de werkmaatschappij maar één objectieve onderneming en vormen alle bezittingen van de werkmaatschappij ondernemingsvermogen. Reden voor de wijziging is reparatie vanwege het arrest van 22 april 2016 (ecli:nl:hr:2016:705).

Rechtbank Gelderland heeft geoordeeld dat voor de uitbreiding van indirect gehouden belangen de bezitseis van de BOR niet van toepassing is. De reden is dat het lichaam dat de belangen houdt één objectieve onderneming drijft en de uitgebreide belangen al tot het ondernemingsvermogen behoren. Er geldt daarom geen afzonderlijke bezitstermijn. Voor liquide middelen en effecten die voor overnames en investeringen worden aangehouden, geldt de BOR ook.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01