Tussentijds spaarloon opnemen?
Veel werknemers laten het spaarloon staan totdat ze het na vier jaar onbelast op mogen nemen. Soms kan het echter eerder onbelast worden opgenomen. Waar moet u als werkgever dan op letten?
Blokkeringsperiode is niet ‘heilig’. Soms kan de werknemer het spaarloontegoed al eerder dan de blokkeringsperiode van vier jaar onbelast opnemen. Als uw werknemer tegen de regels in vervroegd onbelast spaarloon krijgt gestort, dan riskeert u grote financiële gevolgen. Hoe zit dat?
Wanneer eerder deblokkeren?
Uw werknemer mag het spaarloon binnen vier jaar volledig onbelast opnemen (deblokkeren) bij:
1. de aankoop van een eigen woning (dus niet een tweede woning of verbouwingskosten);
2. de betaling van premies voor bepaalde lijfrenteverzekeringen, kapitaalverzekeringen, pensioenregelingen en spaarcontracten met levensverzekering;
3. opname van onbetaald verlof (maximaal 50% van de loonsverlaging);
4. het starten van een eigen onderneming;
5. het volgen van een studie/opleiding met het oog op het verwerven van inkomen uit werk en woning (geen aflossing van studieschulden en ook geen kosten van eigen vervoer, voor zover die kosten hoger zijn dan € 0,19 per kilometer);
6. het betalen van erkende kinderopvang (maximaal 1/6 van de kosten).
Moet u dan iets doen?
Meestal heeft u er geen omkijken naar. Tip. De instelling waarbij wordt gespaard (meestal een bank) verwerkt het verzoek van de werknemer om vervroegde deblokkering. Let op. Alles wordt anders als niet aan alle voorwaarden wordt voldaan. Een bekende ‘val’ daarbij is deblokkeren volgens een van de genoemde doelen, terwijl dit doel niet is opgenomen in uw spaarloonreglement. Of het doel is wel opgenomen in uw spaarloonreglement, maar niet fiscaal erkend. Andere ‘overtredingen’ zijn een te late deblokkering, (het spaarloon wordt bijv. pas na zes maanden na aankoop van een eigen woning opgenomen). Ook het opnemen van een te groot bedrag (bijv. meer dan 1/6 van de kosten van kinderopvang valt vrij) is foute boel.
Welke sancties kunt u verwachten?
De gevolgen zijn niet gering; het opgebouwde spaarloontegoed van álle werknemers moet namelijk alsnog worden verloond! Doet u dat niet, dan legt de Belastingdienst bij een controle een naheffingsaanslag op, inclusief een boete en heffingsrente. Hopelijk treft u dan een ‘soepele’ inspecteur die de naheffing beperkt tot de werknemer(s) bij wie de onjuiste deblokkering is vastgesteld. Tip. Waarschijnlijk weet u wel dat u als werkgever een eindheffing van 25% betaalt over het spaarloon. Gelukkig heeft u bij correcties recht op teruggave van deze eindheffing.
Let op uw ex-werknemers! Waar u misschien nog nooit bij stilgestaan heeft, zijn de tussentijdse spaarloonopnamen van ex-werknemers. Dan kunnen de hiervoor genoemde sancties ook van toepassing zijn! Tip. Bij ontslag mag de (ex-)werknemer het tegoed volledig opnemen. Let op. Voor elke volle maand dat het tegoed eerder dan de vierjaarstermijn is opgenomen, moet dan een evenredig deel van het spaarloon alsnog worden belast. Uw ex-werknemer kan het geld ook gewoon 48 maanden laten staan en dan onbelast opnemen.
Houd contact! Geregeld contact met uw uitvoerder van de spaarloonregeling is het beste wat u kunt doen om problemen te voorkomen. Spreek af dat u vooraf wordt ingelicht bij tussentijdse opnamen.