Een project dat niet doorgaat door netcongestie, wat nu?
Netcongestie. De laatste tijd is stroom niet meer gegarandeerd. De netbeheerders moeten soms nee verkopen. Er is steeds meer hernieuwbare energie in Nederland en we gebruiken door de energietransitie ook meer elektriciteit. Deze grote hoeveelheid opgewekte wind- en zonne-energie is niet altijd in verhouding met de vraag naar elektriciteit. Hierdoor ontstaat er netcongestie. Netcongestie houdt in dat de vraag naar of het aanbod van stroom op een specifiek moment groter is dan de hoeveelheid die het stroomnet tegelijkertijd kan transporteren.
Wie is er verantwoordelijk?
Meerdere partijen zijn verantwoordelijk voor het elektriciteitsnetwerk in Nederland. Het net bestaat uit drie onderdelen: het transportnet, het distributienet en de aansluiting op gebouwen.
Transportnet. Het transportnet (Tennet) bestaat vooral uit elektriciteitsmasten.
Distributienet. Het distributienet verdeelt de stroom van het transportnet naar de verschillende gebruikers. Dit is de verantwoordelijkheid van de zeven regionale netbeheerders. Het distributienet herkent u aan de transformatorhuisjes. Het leidingnet ligt ondergronds en is niet zichtbaar.
Aansluiting op gebouwen. De regionale netbeheerders zijn ook verantwoordelijk voor het aansluiten van de gebouwen, zoals woningen. Deze verantwoordelijkheid gaat tot en met de elektriciteitsmeter. De verdeling van de stroom in het gebouw zelf, na de meter, is de verantwoordelijkheid van de gebouweigenaar.
Toenemende problematiek
Steeds vaker ontstaan er problemen op het laagspanningsnet waar huishoudens op aangesloten zijn. Als u een grotere aansluiting aanvraagt, kan het zijn dat u deze niet eerder krijgt dan dat het net is verzwaard. Dit kan maanden duren.
Nieuwbouwprojecten. Dit geldt ook bij nieuwbouwprojecten en voor de zakelijke markt. Om overbelasting te voorkomen, worden op korte termijn waarschijnlijk steeds vaker nieuwe aansluitingen op het net geweigerd. Hierdoor moeten nieuwbouwwoningen soms maanden wachten op een nieuwe aansluiting.
Aansluitplicht binnen 18Â weken?
In de Elektriciteitswet 1998 staat dat de netbeheerder eenieder moet aansluiten binnen 18 weken na aanvraag (als het gaat om een aansluiting van < 10 MVA). Europese rechtspraak heeft helaas onduidelijkheid gezaaid over de status van deze 18-wekentermijn. Kortgezegd komt het erop neer dat uit een (Europese) richtlijn blijkt dat de wetgever deze termijn niet in de wet had mogen opnemen. Deze taak was voorbehouden aan de nationale toezichthouder. In Nederland is dat de ACM. Oftewel: de ACM had deze termijn moeten vaststellen, niet de wetgever.
Dwingende termijn. De Nederlandse rechter heeft zich daarna meerdere malen over de status van deze 18-wekentermijn moeten buigen. De rechtspraak is redelijk duidelijk. Rechters hebben meermaals geoordeeld dat deze termijn een harde en dwingendrechtelijke termijn is en blijft.
Besluit ACM
Termijnen vastgesteld. Bij besluit van 8 juni 2023 heeft de ACM de termijn voor kleinverbruikersaansluitingen (≤ 3 x 80 ampère) vastgesteld. Deze bedraagt 18 weken voor het realiseren van een nieuwe aansluiting en 12 weken voor werkzaamheden aan bestaande aansluitingen waarvoor geen grondwerkzaamheden noodzakelijk zijn.
Uitzondering bij netcongestie. In dit besluit heeft de ACM echter wel een uitzondering gemaakt voor gevallen waarin er geen transportcapaciteit beschikbaar is, oftewel: indien er sprake is van fysieke netcongestie. Dan is de aansluittermijn namelijk 52 weken. De achterliggende gedachte is dat netbeheerders niet onnodig belast moeten worden met aansluitingen realiseren, waarbij (nog) geen transport mogelijk is, maar dat kleinverbruikers wel recht hebben op enige zekerheid c.q. een uiterlijke termijn. Tip. Vraag als projectontwikkelaar/aannemer/koper zo spoedig mogelijk een aansluiting aan en voorkom teleurstellingen. Indien noodzakelijk, kan (met een gang naar de rechter) de netbeheerder worden gedwongen om zich te houden aan de aansluitplicht en -termijn.
Grootverbruikers. Netbeheerders krijgen vanaf 1 januari 2025 langer de tijd om grootverbruikers op het net aan te sluiten. Waar nu (meestal) een aansluittermijn van 18 weken geldt, zal de aansluittermijn in 2025 worden aangepast aan de complexiteit van de aansluitwerkzaamheden en de plaatselijke netsituatie. In het uiterste geval zal een netbeheerder zelfs 92 weken over het realiseren van een (complexe) aansluiting mogen doen. De meeste aansluitingen zullen uiteraard sneller moeten worden opgeleverd.
Uitsluiting aansprakelijkheid
In het verleden hebben aanvragers succesvol schadeclaims kunnen indienen wegens te late aansluiting op het elektriciteitsnet. Kanttekening daarbij is dat veel netbeheerders via hun algemene voorwaarden vergoeding van indirecte schade uitsluiten, net als directe schade met uitzondering van schade die door opzet of grove schuld is veroorzaakt. Desondanks slaagt een beroep van een netbeheerder op een exoneratie- (uitsluiting van aansprakelijkheid) of disculpatiebeding (vrijwaring) niet altijd. In de rechtspraak weegt namelijk de monopoliepositie van netbeheerders zwaar mee.
Uitsluiting aanvechten. Een aanvrager kan deze voorwaarden met exoneratie via een beroep op artikel 26a van de Elektriciteitswet 1998 en/of artikel 6:248, lid 2 van het Burgerlijk Wetboek (redelijkheid en billijkheid) ter discussie stellen. Hij moet dan wel bewijzen dat er sprake is van een of meer onredelijk bezwarende bedingen.
De taak van de aannemer
Vaak wordt in de aannemingsovereenkomst de aannemer verantwoordelijk gemaakt voor het aanvragen en realiseren van de stroomaansluiting. Als een project niet tijdig (dus: niet binnen een redelijke termijn) op het energienet wordt aangesloten, dan loopt het zeer waarschijnlijk vertraging op. Kan een aanvrager (in veel gevallen: de aannemer) dan aanspraak maken op bouwtijdverlenging of blijft eventuele overschrijding van de bouwtijd voor een nieuwbouwproject voor zijn rekening en risico?
Bouwtijd. Wat betreft de opleverdatum en de bijbehorende bouwtijd, worden er in veel gevallen met de opdrachtgever afspraken gemaakt over het aantal werkbare dagen en/of een vaste opleverdatum. Aan overschrijding van de bouwtijd is vaak een boetebeding gekoppeld.
Beroep op bouwtijdverlenging. Met een geslaagd beroep op termijnverlenging kan een aannemer de boete mogelijk afwenden. Hoe gaan rechters en arbiters daarmee om? Uit rechtspraak van de Raad van Arbitrage in bouwgeschillen en gewone rechters blijkt dat een aannemer er geen rekening mee hoeft te houden dat de aansluiting op nutsvoorzieningen/elektriciteit langer dan 18 weken op zich laat wachten en dat oplevering alleen mogelijk is met een nutsaansluiting. In beginsel gaat het om een vertraging die buiten de invloedssfeer van de aannemer valt, die niet aan zijn schuld te wijten is en verder ook niet voor zijn rekening komt, waardoor de aannemer zich kan beroepen op overmacht (art. 6:75 BW) . Let op. Een aannemer mag niet stilzitten, maar moet de netbeheerder actief aanmanen om voor een tijdige aansluiting op het net te zorgen c.q. deze (als de netbeheerder al te laat is) te bespoedigen.
Overmacht. Een beroep op termijnverlenging wegens onwerkbare werkdagen kan slagen. Dit zijn dagen waarop door de werknemers en het materieel van de aannemer gedurende vijf uur niet kon worden gewerkt. Let op.  Ook een aannemer kan in de algemene voorwaarden een beperking van aansprakelijkheid hebben staan.
Consument-koper ook de dupe
Voor de koper betekent het eveneens kopzorgen: op deze manier wordt een overbruggingshypotheek bijna onbetaalbaar, omdat het moment van oplevering van de nieuwbouw enorm kan uitlopen.