Wanneer is kwijtscheldingswinst vrijgesteld?
Vordering kwijtschelden. Als een ondernemer een (zakelijke) vordering heeft die de schuldenaar (een IB-ondernemer of een BV of NV) niet meer kan terugbetalen, kan de schuldeiser ervoor kiezen om deze vordering kwijt te schelden. Tip. Voor de schuldeiser is dit een fiscaal aftrekbaar verlies.
Winst. Bij de schuldenaar leidt de kwijtschelding van de schuld tot winst, omdat een schuld die tot dat moment in de boeken stond, verdwijnt. Dit is zogenoemde ‘kwijtscheldingswinst’. Tip. Deze vrijstelling geldt zowel voor de inkomstenbelasting als voor de vennootschapsbelasting.
Vrijstelling kwijtscheldingswinst
Vrijgesteld? Onder voorwaarden is de hiervoor genoemde kwijtscheldingswinst vrijgesteld. Dit betekent dat de kwijtschelding in dat geval niet tot de winst van de schuldenaar wordt gerekend.
Oninbaar. Aan de vrijstelling van de kwijtscheldingswinst is de voorwaarde verbonden dat de vordering niet voor verwezenlijking vatbaar is. Dit wil zeggen dat de kans dat de schuldenaar kan betalen, nihil is. Let op. Het is aan de schuldenaar om aan te tonen dat dit het geval is. Slaagt hij hier niet in, dan is de vrijstelling niet van toepassing en hoort de kwijtscheldingswinst tot de winst.
Verrekenbaar verlies? Als de schuldenaar nog verrekenbare verliezen heeft, zit er nog een addertje onder het gras. In dat geval worden de verrekenbare verliezen namelijk verminderd met het bedrag van de kwijtscheldingswinst.
Het overkwam uw collega
Deur dicht. Charlotte exploiteert als franchiseondernemer een boekenwinkel. Charlotte beslist op enig moment haar onderneming te beëindigen.
Coulant. Na het beëindigen van het franchisecontract en de huurovereenkomst, blijft Charlotte zitten met een schuld van € 67.000 aan de franchisegever. De franchisegever is coulant en scheldt de schuld die Charlotte bij hem heeft, kwijt.
Kwijtscheldingswinst. Door de kwijtschelding van de schuld maakt Charlotte € 67.000 kwijtscheldingswinst. In haar aangifte doet Charlotte een beroep op de kwijtscheldingswinstvrijstelling. De inspecteur is van mening dat de kwijtscheldingswinstvrijstelling niet van toepassing is en rekent het kwijtgescholden bedrag tot de winst.
Wat vindt de rechter hiervan?
Hoezo oninbaar? Het is nu aan Charlotte om te bewijzen dat zij terecht een beroep doet op de kwijtscheldingswinstvrijstelling. Volgens Rechtbank Zeeland-West-Brabant (ECLI:NL:RBZWB:2024:4144) slaagt Charlotte hier niet in. Charlotte heeft weliswaar haar zaak beëindigd en bleef daarna zitten met een forse schuld, maar de situatie was verre van dramatisch. In feite was het zo dat Charlotte op basis van haar resultaten de schuld best had kunnen betalen als zij wel was doorgegaan met de winkel. Bovendien stond er nog een bedrag van € 34.000 aan liquide middelen op de balans. Verder was Charlotte als eigenaar van een eenmanszaak in privé aansprakelijk voor haar zakelijke schulden. Er waren voor de franchisegever dus genoeg mogelijkheden om zijn vordering voldaan te krijgen.
Afgewezen. Gezien dit alles, komt de rechtbank tot de conclusie dat de vordering niet ‘niet voor verwezenlijking vatbaar is’. De kwijtscheldingswinstvrijstelling is daarom niet van toepassing.
Voor meer informatie over de kwijtscheldingswinstvrijstelling, ga naar https://www.tipsenadvies.nl , Download Zone, jaargang 29, nr. 10.