PERSONEEL - 11.10.2024

Hoeveel bijtelling werknemer bij rijden in meerdere auto’s?

Als werkgevers een auto van de zaak ter beschikking stellen, krijgt de werknemer een bijtelling voor het privégebruik. Maar wat nu als er meerdere auto’s ter beschikking worden gesteld? Wat zijn dan de regels?

Dat de arbeidsmarkt krap is, is meer dan bekend. Werkgevers doen er dan ook alles aan om goed en gemotiveerd personeel in dienst te krijgen en te houden. Daarbij is soms één auto van de zaak niet meer voldoende en krijgt een werknemer zelfs de beschikking over meerdere auto’s van de zaak. Maar wat zijn dan de regels inzake het aantal bijtellingen (loonheffing) en wat zijn de uitzonderingen?

Bijtelling auto van de zaak

De bijtelling voor een auto van de zaak is afhankelijk van de vraag wanneer de auto voor het eerst is toegelaten op de weg. De bijtelling is een percentage van de catalogusprijs, dus de nieuwprijs van de auto. Dat percentage geldt voor vijf jaar, daarna geldt het dan van kracht zijnde percentage. Voor 2024 geldt een percentage van 22% voor auto’s die CO2 uitstoten. Voor 100% elektrische auto’s geldt een percentage van 16% over de eerste € 30.000 van de cataloguswaarde. Over het meerdere van de cataloguswaarde geldt het gewone percentage van 22%. Voor auto’s op zonnecellen of op waterstof geldt een percentage van 16% over de gehele cataloguswaarde. De bijtelling is niet van toepassing als met de auto in een jaar niet meer dan 500 kilometer privé wordt gereden.

Meerdere auto’s

Als aan een werknemer meer dan één auto ter beschikking is gesteld, geldt in een aantal situaties dat niet voor iedere auto een bijtelling van toepassing is. Het aantal bijtellingen hangt dan af van de gezinssituatie van de werknemer en hoeveel personen er in het gezin van de werknemer over een rijbewijs beschikken.

Alleenstaande werknemer. Voor alleenstaande werknemers geldt dat er maar voor één auto een bijtelling hoeft te worden aangegeven als er meerdere auto’s ter beschikking worden gesteld. Hetzelfde geldt voor een werknemer met een gezin waarin maar één persoon een rijbewijs bezit.

Meerdere rijbewijzen. Zijn er in het gezin van de werknemer meerdere personen met een rijbewijs, dan is het uitgangspunt dat er voor ieder rijbewijs een bijtelling plaatsvindt. Tip.  Hierop mag echter een correctie worden aangebracht als er in het gezin ook auto’s aanwezig zijn die net zo geschikt of zelfs meer geschikt zijn voor privégebruik. Het aantal bijtellingen mag met het aantal auto’s worden verminderd die net zo geschikt of beter geschikt zijn voor privégebruik. Het aantal bijtellingen kan natuurlijk niet meer zijn dan het aantal ter beschikking gestelde auto’s.

Voorbeeld.Een werkgever heeft aan zijn werknemer drie auto’s ter beschikking gesteld. Met alle drie de auto’s wordt in het jaar meer dan 500 kilometer privé gereden. In het gezin van de werknemer zijn twee personen met een rijbewijs. Ook is er één auto die minstens net zo geschikt is voor privégebruik als de auto van de zaak.

Uitwerking. Er zijn twee rijbewijzen in het gezin aanwezig, maar ook één auto die minstens zo geschikt is voor privégebruik. Daarom wordt het aantal bijtellingen beperkt tot één.

Auto’s met hoogste bijtelling

De auto of auto’s waarvoor de bijtelling of bijtellingen moeten worden aangegeven, zijn de auto’s met de hoogste bijtelling. Dit zijn dus niet automatisch de auto’s met de hoogste cataloguswaarde, omdat voor auto’s zonder CO2 -uitstoot bij een hogere cataloguswaarde toch een lagere bijtelling kan resulteren.

Inspecteur kan afwijken. Van de hiervoor genoemde regeling kan de inspecteur afwijken als hij hiervoor gegronde redenen heeft, bijv. als hij bij een controle merkt dat gelet op het aantal privékilometers een hoger aantal bijtellingen toch op zijn plaats is. De inspecteur zal dan wel moeten aangeven waarop hij zijn mening baseert dat het aantal bijtellingen hoger komt te liggen dan op grond van de regeling zou moeten zijn. In situaties waar het bijv. gaat om een dga, is afwijken van de regeling eerder te verdedigen, omdat een dga in de regel zelf over zijn beloningsvormen kan beslissen. Maar goed, u bent geen dga. Wilt u vooraf zekerheid over het aantal bijtellingen, dan kunt u met uw inspecteur via vooroverleg vooraf proberen tot een akkoord te komen. Valt dit minder gunstig voor u uit dan u redelijk acht, dan kunt u uw zaak uiteraard altijd nog aan de rechter voorleggen als de inspecteur uw aangifte op dit punt corrigeert.

Controle. In het over de regeling gepubliceerde standpunt wordt niet ingegaan op de controle van deze regeling. Houd er echter rekening mee dat de inspecteur bevoegd is om op alle mogelijke manieren aan te tonen dat een hoger aantal bijtellingen op zijn plaats is, bijv. als het gaat om de samenstelling van en het aantal rijbewijzen in het gezin, maar ook om de vraag of een auto minstens zo geschikt is voor privégebruik. Hoe dit aangetoond moet worden, is nergens vastgelegd, dus dit kan best tot discussie leiden.

Wat kunt u hiermee?

Wilt u aan een of meer werknemers meerdere auto’s ter beschikking stellen, houd dan rekening met de hiervoor genoemde regeling en breng uw werknemer ervan op de hoogte. Het getuigt van goed werkgeverschap als u hem wijst op de voor- en nadelen. Zo is het bijv. voor hem best van belang te weten wat de fiscale gevolgen kunnen zijn als een van de gezinsleden het huis verlaat of als iemand uit het gezin een rijbewijs gaat behalen. Het kan zomaar een extra bijtelling schelen, met alle financiële gevolgen voor de werknemer van dien.

Wijs uw werknemer op de fiscale regels als u hem of haar meer dan één auto ter beschikking stelt. Een verandering binnen het gezin kan leiden tot een wijziging van het aantal bijtellingen, met grote financiële gevolgen.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01