GIFTEN - 12.09.2024

Gift als voorschot op erfenis?

In de praktijk kan het voorkomen dat een erfgenaam bij leven een gift krijgt, waarbij wordt bepaald dat deze gift een voorschot op de erfenis is. Hoe werkt dit bij overlijden?

Voorbeeld.Jan is alleenstaand en heeft drie kinderen. Een van zijn kinderen (A) geeft hij bij leven alvast € 30.000 (ten titel van schenking), omdat dit kind een woning wil kopen. De andere kinderen (B en C) zijn nog thuiswonend en hebben op korte termijn nog geen plan om een woning te kopen. Voor het geval Jan in de periode overlijdt voordat hij zijn andere kinderen (B en C) hetzelfde bedrag heeft geschonken, schenkt hij dit bedrag aan A onder de verplichting tot inbreng in Jans nalatenschap.

Een alternatief. In plaats van het doen van de schenking onder de inbrengverplichting, had Jan ook een testament kunnen maken met de insteek om zijn kinderen gelijk te behandelen. Hij had dan een legaat ten gunste van zijn andere twee kinderen kunnen maken ter grootte van € 30.000 (al dan niet met inflatiecorrectie), waarbij hij zijn drie kinderen tot enige erfgenamen zou benoemen. In dat geval zou ieder van de andere twee kinderen (B en C) bij overlijden eerst € 30.000 krijgen, waarna het restant gelijkelijk tussen de drie kinderen wordt verdeeld.

Wat is ‘inbreng’?

Onder inbreng wordt verstaan het in mindering brengen van de waarde van een gift op het aandeel dat de begiftigde als erfgenaam in de nalatenschap toekomt. Dit is wettelijk geregeld in artikel 4:229 en volgende van het Burgerlijk Wetboek. De wet bepaalt dat erfgenamen verplicht zijn ten behoeve van hun mede-erfgenamen de waarde van de aan hun door de erflater gedane giften in te brengen, voor zover de erflater dit bij de gift of bij uiterste wilsbeschikking heeft voorgeschreven. Indien aanvankelijk - bij het doen van de gift - nog geen verplichting tot inbreng is opgelegd, kan dit later dus alsnog bij testament worden gedaan. Omgekeerd kan hetzelfde: indien bij de gift is bepaald dat deze ingebracht moet worden in de nalatenschap, kan deze verplichting in het testament ongedaan worden gemaakt.

Gevolg? Inbreng leidt ertoe dat de nalatenschap fictief hoger uitvalt dan in werkelijkheid het geval is. De inbrengverplichting geldt dus uitsluitend indien deze is opgelegd. Uitgangspunt is dus dat er geen inbreng hoeft plaats te vinden. Voor 2003, onder oud erfrecht, was het uitgangspunt dat giften aan afstammelingen wel moesten worden ingebracht. In de overgangswet is het volgende bepaald (art. 139 Overgangswet NBW) : als een erfgenaam in de neerdalende lijn onder het oude erfrecht niet is ontheven van een inbrengverplichting, blijft hij onder het huidige erfrecht tot inbreng verplicht.

Is inbreng verplicht?

Inbreng is niet verplicht voor zover de waarde van de gift groter is dan het aandeel van de erfgenaam. Zodoende wordt voorkomen dat een erfgenaam de nalatenschap moet verwerpen (lees: weigeren) om aan een meerinbreng te ontkomen.

Uitwerking voorbeeld.Jan heeft A dus € 30.000 geschonken en B en C nog niets. Jan overlijdt. Hij laat € 270.000 na. A moet de ontvangen schenking inbrengen. De fictieve nalatenschap bedraagt € 270.000 + € 30.000 = € 300.000. Ieder heeft recht op € 100.000, maar de gift strekt in mindering op het aandeel van A. A krijgt dus € 100.000 -/- € 30.000 = € 70.000 uit de nalatenschap. B en C krijgen ieder € 100.000. Daarmee wordt de eerdere ongelijkheid rechtgetrokken. Ieder kind heeft uiteindelijk € 100.000 gehad.

Indien niet in gelijke mate giften worden gedaan, kan door de inbrengverplichting (of een testamentaire regeling) ongelijkheid worden rechtgetrokken. Regel dit bij het doen van de gift. Let op als er giften aan afstammelingen voor 2003 zijn gedaan.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01