Uw volgende stap

Rechtbank Gelderland, ECLI:NL:RBGEL:2024:1786

[Rechtspraak]

Niet iedere betaling aan een werknemer is loon

Relatie met dienstbetrekking. Bij de beoordeling of een bepaalde betaling aan een werknemer moet worden aangemerkt als loon, is de relatie met de dienstbetrekking bepalend. Het is aan de inspecteur om aannemelijk te maken dat de betalingen van een werkgever aan zijn werknemers ‘zozeer hun grond in de dienstbetrekking vinden dat zij als daaruit genoten’ moeten worden aangemerkt.

Het overkwam uw collega

Jan is in 2014 directeur en voor 43,75% aandeelhouder van een BV (ICT-bedrijf). De overige aandelen zijn in handen van twee andere aandeelhouders, de een voor 43,75% en de ander voor 12,50%. Tussen 2013 en 2016 worden alle aandelen van de BV verkocht.

Uitkeringen aan werknemers. Drie werknemers ontvangen in 2014 een uitkering van € 100.000 en een (andere) werknemer ontvangt € 60.000. Van de betalingen zijn notariële schenkingsakten opgemaakt. De inspecteur vindt dat er sprake is van loon en legt aan de BV daarom een naheffingsaanslag loonheffingen op. Let op.  De BV is/was de werkgever van de begiftigden en niet Jan persoonlijk.

Standpunten inspecteur en werkgever

Causaal verband met dienstbetrekking. Omdat de vier ontvangers van de schenkingen in 2014, en de jaren daarvoor, werknemer waren van de BV, was de BV zich bewust van het voordeel dat zij aan deze werknemers heeft verstrekt. Er is volgens de inspecteur sprake van een causaal verband tussen de betalingen aan de werknemers en hun dienstbetrekking bij de BV. Het is volgens de inspecteur aannemelijk dat de betalingen verband houden met de verkoop van de aandelen van de werkgever, zeker omdat in de ICT-sector bonussen voor medewerkers van het eerste uur bij verkoop van een bedrijf niet ongebruikelijk zijn.

Privéschenkingen. Jan stelt dat het gaat om privéschenkingen en dat er geen sprake is van loon. De schenkingen zijn gedaan vanwege de privérelatie tussen Jan en de werknemers van de BV. Het geld komt van Jan, niet van de werkgever (de BV). De vier begunstigden verkeerden in 2014 in financieel zwaar weer en daarom wilde Jan hen met deze schenkingen helpen. De betrokkenen hadden in 2013 al bonussen gehad en hebben later niet opnieuw een bonus gekregen. Dat de vier tot een groep van negen werknemers behoorden in dezelfde functiegroep en salarisschaal en dat de andere vijf werknemers deze betaling niet hebben ontvangen, wijst er volgens Jan op dat het hier een schenking betreft en geen loon. Jan verklaarde dat hij aan 21 mensen, waaronder een broer en zus van zijn echtgenote, schenkingen heeft gedaan. Deze begunstigden zijn familie of kennissen van Jan, ook de vier werknemers behoren daar toe.

Oordeel Rechtbank

Rechtbank Gelderland (ECLI:NL:RBGEL:2024:1786) hecht geloof aan de toelichting van Jan, omdat deze gedetailleerd en consistent is. De inspecteur heeft volgens de rechtbank niet aannemelijk gemaakt dat de betalingen aan de vier ‘zozeer hun grond in de dienstbetrekking vinden dat zij als daaruit genoten’ moeten worden gezien. Als er al sprake van loon zou zijn, ziet de rechtbank niet in waarom Jan deze betalingen heeft gedaan en niet de BV of alle drie de aandeelhouders.

Geen loon. Omdat de inspecteur niet aannemelijk heeft gemaakt dat de betalingen als loon kunnen worden aangemerkt, is er naar het oordeel van de rechtbank geen sprake van loon.