Gratis gezonde lunch voor werknemers: geen loon?

Werkkostenregeling. De hoofdregel die de Belastingdienst hanteert, is dat alles wat u aan een werknemer geeft, loon is en dat daarover belasting betaald moet worden. Soms geldt er een vrijstelling en kan de vergoeding of verstrekking onbelast blijven en soms kunt u ervoor kiezen om de belasting zelf te betalen in plaats van deze in te houden op het loon van de werknemer. U past dan de werkkostenregeling toe.

Gezonde lunch: arboverstrekking? Binnen de werkkostenregeling is er een gerichte vrijstelling voor arboverstrekkingen. De Arbowet verplicht u als werkgever te zorgen voor een fysiek en sociaal veilige werkomgeving. Voorzieningen die u regelt voor uw werknemers om aan deze verplichting te voldoen, zijn gericht vrijgesteld als het gaat om zaken die de werknemer op de werkplek gebruikt. Het mag dan niet gaan om het bevorderen van de algemene gezondheid. Een cursus stoppen met roken, gewichtsbeheersing of hardlopen voor beginners kan dus niet belastingvrij, omdat deze niet direct te maken hebben met de arbeid die er wordt verricht. De vrijstelling is met ingang van 2022 aangescherpt. In het verleden gold alleen als voorwaarde dat de werkgever de voorziening moest hebben opgenomen in het arbeidsomstandighedenbeleid dat volgt uit de Arbowet.

Hoge Raad uitspraak. Onlangs heeft de Hoge Raad een uitspraak gedaan die ziet op de vraag of het verstrekken van een gezonde lunch onder de arbovrijstelling valt (ECLI:NL:HR:2024:745) . De uitspraak ziet op de jaren 2017 en 2018 en toen gold er dus een ruimere uitleg van de vrijstelling dan momenteel. De Hoge Raad oordeelt dat een lunch die wordt samengesteld door een diëtist en voldoet aan de schijf van vijf, gezondheidsbevorderend is en daarom ziekteverzuim voorkomt. Daardoor wordt er bijgedragen aan de verplichting die de werkgever heeft om het ziekteverzuim te beperken. De lunch kan daarom onbelast blijven. Dat de werknemers daardoor een privébesparing hebben, is niet belangrijk. Let op.  Onder de huidige (verscherpte) voorwaarden zou de Hoge Raad niet tot deze conclusie zijn gekomen.