Giften en vrijwilligers, de spelregels op een rijtje

Spelregels Hieronder volgen eerst de spelregels voor de vrijwilligersvergoeding.

Loonbelasting

Goede doelen werken veel met vrijwilligers. Vrijwilligerswerk kenmerkt zich door het feit dat hier geen verplichte tegenprestatie tegenover staat. Soms is het echter gewenst om wel een vergoeding te betalen. Indien de organisatie vrijwilligersvergoedingen wenst aan te bieden, mag de organisatie zelf bepalen aan welke vrijwilligers zij een vrijwilligersvergoeding geeft en wat de hoogte van de vergoeding wordt.

Vrijwilligersregeling Om duidelijkheid te hebben over de arbeidsrelatie is daarom in de loonbelasting een bijzondere regeling voor vrijwilligers opgenomen. Als aan de voorwaarden van deze regeling wordt voldaan, dan is er in beginsel geen sprake van een (fictieve) dienstbetrekking. Aan vrijwilligers mag maximaal € 170 per maand en € 1.700 per jaar worden betaald. Daarnaast mag de vergoeding niet hoger zijn dan € 5 per uur. Wanneer de betaalde vergoeding binnen deze grenzen blijft, wordt de vergoeding niet aangemerkt als loon. De ANBI is dan geen inhoudingsplichtige voor de loonbelasting.

Inkomstenbelasting

Bij een vrijwilliger die een vergoeding binnen de grenzen van vrijwilligersregeling ontvangt, geldt dat deze niet is belast voor de inkomstenbelasting. Een vrijwilliger die hogere vergoedingen ontvangt voor vrijwilligerswerk, omdat hij bijv. van meerdere ANBI’s een vergoeding ontvangt, zal als resultaatgenieter worden aangemerkt.

Vrijwilligersvergoeding aftrekbaar?

In de praktijk komt het ook voor dat een vrijwilliger aangeeft aan de ANBI dat hij de vrijwilligersvergoeding waarop hij aanspraak maakt, niet wil ontvangen, omdat hij de vergoeding wil doneren aan de ANBI. Een vrijwilligersvergoeding waarvan is afgezien, is aftrekbaar als gift indien aan de voorwaarden van artikel 6.36 Wet IB 2001 is voldaan:

1. de ANBI heeft een verklaring afgegeven dat de belastingplichtige zich als vrijwilliger in de zin van de loonbelasting heeft ingezet;
2. de vrijwilliger kan aanspraak maken op de in de verklaring genoemde vergoeding;
3. de ANBI is bereid en in staat deze vergoeding uit te keren; en
4. de vrijwilliger heeft de vrijheid om over de vergoeding te beschikken.

Als aan alle voorwaarden is voldaan, kan de vergoeding waarvan wordt afgezien worden opgevoerd als aftrekbare gift aan de ANBI zonder dat hier een kasrondje moet worden gemaakt. Dat een belastingplichtige daadwerkelijk aanspraak kan maken op een vergoeding van de ANBI kan blijken uit een schriftelijke vastlegging, zoals een reglement, een bestuursbesluit of en vrijwilligersovereenkomst. Niet vereist is dat de betreffende ANBI aan al zijn vrijwilligers een vergoeding dient toe te kennen. Van belang is dat de ANBI de bedoeling heeft om de vergoeding uit te keren. Tevens dient de financiële situatie van de ANBI zodanig te zijn dat de vergoeding ook daadwerkelijk betaald zou kunnen worden. Het toekennen van de vergoeding mag dus geen wassen neus zijn.

Antwoord aan bestuurslid ANBI

Nu terug naar de vraag van het bestuurslid. Hierop is door de staatssecretaris van Financiën geantwoord dat als het bestuur (bepaalde) vrijwilligers een vrijwilligersvergoeding toekent, er bij donatie daarvan door de vrijwilliger recht op giftenaftrek bestaat. Als het bestuur daarentegen niet de bedoeling heeft om een vrijwilligersvergoeding te geven, dan bestaat er geen recht op aftrek.

bz-advies

Het aanbieden van een regeling aan de vrijwilligers, terwijl van tevoren al vaststaat dat er geen recht op aftrek bestaat, is misleidend. Geeft de vrijwilliger de vergoeding toch op als gift in zijn aangifte, dan is er sprake van het opzettelijk onjuist doen van aangifte. Hierbij kan de aangifte van de vrijwilliger bij de aanslag worden gecorrigeerd of als de aanslag al is vastgesteld, kan er een navorderingsaanslag worden opgelegd.