Uw volgende stap

Rechtspraak: Hof Den Haag, ECLI:NL:GHDHA:2019:1255

[Rechtspraak]

Onzakelijk handelen leidt tot belastingnavordering

Boekenonderzoek. In een recente rechtszaak ging het om een BV die zich bezighoudt met de handel in homeopathische geneesmiddelen, voedingssupplementen en cosmetica. Tijdens een boekenonderzoek stuit de controleur op diverse uitgaven die vragen oproepen. Zo heeft de BV diverse kosten voor haar rekening genomen die geen verband houden met haar eigen bedrijfsvoering. Deze betreffen namelijk huisvestingskosten, drukwerk, kantoorkosten en relatiegeschenken die eigenlijk thuishoren in de BV van de vrouw van de dga van de BV. Zij exploiteert een winkel voor dameskleding die slecht draait en uiteindelijk ook failliet gaat. Mogelijk daarom zijn deze kosten op de zaak van haar man geboekt.

Prijzig onderwijs. Verder zijn er door de BV hoge opleidingskosten gemaakt. Nader onderzoek wijst uit dat dit uitgaven zijn geweest voor particulier onderwijs dat de kinderen van de dga hebben gevolgd. In drie jaar tijd betaalde de BV hiervoor € 130.000. Ten slotte waardeert de BV een vordering die zij heeft opgebouwd op de BV van de vrouw af. Dit bedrag van € 62.235 wordt als zakelijke last genomen.

Aandeelhoudersmotieven

Privéaspect. Voor al deze kosten geldt dat de inspecteur het niet eens is met het feit dat deze zakelijk worden opgevoerd. De opleidingskosten zijn privé-uitgaven en moeten buiten de ondernemingssfeer blijven. Het feit dat de dga betoogt dat zijn kinderen zo sneller als zijn zakelijke opvolgers kunnen fungeren, doet daaraan niets af.

Geen zakelijk motief. De kosten die voldaan zijn voor de BV van de vrouw horen ook niet bij deze BV thuis. Enkel het feit dat de dga met haar is getrouwd, heeft geleid tot deze toedeling. Daardoor ligt hieraan een aandeelhoudersmotief ten grondslag en geen zakelijke overweging.

Onzakelijke lening. Hetzelfde geldt voor de lening die aan de BV van de vrouw is verstrekt. De voorwaarden hiervoor zijn dusdanig (geen zekerheden, geen aflossing) dat een onafhankelijke derde gezien de vermogenspositie van de winkel deze lening nooit zou hebben verstrekt, zelfs niet tegen een veel hogere rente. Dit betekent dat deze lening als onzakelijk is aan te merken. Het verlies hierop mag volgens de inspecteur niet als kosten in de BV worden genomen.

Wat heeft het hof nu beslist?

Bewijs. Nu het gaat om kostenaftrek, moet de BV aantonen dat de geboekte kosten zakelijk zijn. Hierin slaagt de BV niet. Voor geen enkele van de genoemde uitgaven kan de BV aantonen waarom deze in haar onderneming thuishoren en niet privé of in de onderneming van de vrouw. De navorderingsaanslagen met belastingrente en een boete van 30% blijven dus volgens Hof Den Haag (ECLI:NL:GHDHA:2019:1255) in stand.

Wat is nu wijsheid? Kijk (zeker bij relatief hoge kosten) kritisch naar de kosten die binnen uw BV worden opgevoerd. Zijn deze zakelijk of speelt hierbij een aandeelhoudersmotief of een privéaspect een rol? Zorg vooraf voor bewijs van de zakelijkheid. Noteer dus bij de aftrekpost waarom deze zakelijk is geboekt. Bij twijfel over de zakelijkheid van een bepaalde (hoge) aftrekpost, kunt u vooraf overleggen met de fiscus. Zo voorkomt u navorderingsaanslagen en forse boetes.