Extra bescherming bij informatiebeschikking
Informatiebeschikking
Bezwaar en beroep. De Belastingdienst mag aan belastingplichtigen verzoeken om informatie te geven. Dit moet dan gaan over informatie die van belang is voor de belastingheffing. Als u echter goede redenen heeft om niet aan een dergelijk verzoek te voldoen, dan moet de inspecteur een informatiebeschikking afgeven. Tegen deze beschikking kunt u in bezwaar en beroep gaan.
Omgekeerde bewijslast. Als u niet in bezwaar of beroep gaat of als de rechter beslist dat de inspecteur terecht een informatiebeschikking heeft afgegeven, dan wordt een informatiebeschikking onherroepelijk. Dit kan tot gevolg hebben dat er omkering en verzwaring van de bewijslast intreedt. Er wordt dan een aanslag naar een geschat bedrag opgelegd en u moet vervolgens ‘doen blijken’ dat deze te hoog is. Uit de praktijk blijkt dat dit heel moeilijk is, zodat de aanslag vaak in stand blijft. Fiscalisten zeggen dan ook: “Wie de bewijslast heeft, verliest de zaak”.
Omkering bewijslast onredelijk?
Te zwaar middel. De omgekeerde bewijslast wordt echter niet zonder meer toegepast bij een onherroepelijke informatiebeschikking. De rechter kan bijvoorbeeld beslissen dat het informatieverzoek terecht is, maar dat de omgekeerde bewijslast een te zwaar middel is.
Niet toe te rekenen. Bovendien kan het in sommige gevallen niet aan belastingplichtigen worden toegerekend als niet aan het informatieverzoek wordt voldaan, bijvoorbeeld omdat iemand dement is. Een maatregel als de omgekeerde bewijslast is dan in zo’n geval niet rechtvaardig.
Welke rechter? Het was lange tijd onduidelijk welke rechter de beslissing moest nemen of de omgekeerde bewijslast moet worden toegepast. Dat komt omdat er twee procedures zijn waarbij dit aan de orde kan komen, namelijk:
- de procedure over de informatiebeschikking; of
- de procedure over de (ambtshalve opgelegde) aanslag.
Extra bescherming
Procedure over informatiebeschikking. De Hoge Raad, 10.02.2017 (HR:2017:130) , heeft nu beslist dat voor belastingplichtigen zo snel mogelijk duidelijk moet zijn of de omgekeerde bewijslast van toepassing is. Dit betekent dat de rechter bij voorkeur al in de procedure over de informatiebeschikking moet beslissen of dit ook moet leiden tot de omgekeerde bewijslast.
Procedure over aanslag. De Hoge Raad vindt verder dat de rechter die oordeelt over de aanslag, eveneens mag beslissen of de omgekeerde bewijslast moet worden toegepast. Dit is bijvoorbeeld relevant als een belastingplichtige na het onherroepelijk worden van de informatiebeschikking alsnog besluit om de informatie te geven. In zo’n geval zal de rechter die oordeelt over de informatiebeschikking, beslissen dat de informatiebeschikking terecht is. Maar de rechter die oordeelt over de aanslag, kan vervolgens beslissen dat de bewijslast niet wordt omgekeerd. Tip. Voor u betekent dit dus dat u twee kansen heeft om te klagen over toepassing van de omgekeerde bewijslast.
Rechtspraak: Hoge Raad, 10.02.2017, HR:2017:130 (BT 22.04.05)