BELASTINGCONTROLE - 19.06.2012

Uitkomst guldenssteekproef niet heilig

Voor de controle van uw administratie kan de inspecteur gebruikmaken van steekproeven. Geconstateerde fouten kunnen dan doorwerken naar eerdere periodes. Moet u zich hier zomaar bij neerleggen of heeft u ook nog rechten?

Dat steekt behoorlijk. De fiscus maakt gebruik van steekproeven. De uitkomst hiervan kan vervolgens doorwerken naar eerdere periodes en naheffingen of navorderingen opleveren.

Let op. De rechter heeft het gebruik van steekproeven voor de loon- en omzetbelasting toegestaan, maar betekent dit dat u eventuele correcties volkomen machteloos moet accepteren?

Guldenssteekproef

Controlemethode fiscus. De door de fiscus gehanteerde methode staat in de fiscale wereld bekend als de ‘guldenssteekproef’. Deze bestaat uit het trekken van een steekproef uit de in uw administratie aanwezige gegevens. Bijvoorbeeld de inkomende facturen of de verstrekte kostenvergoedingen aan uw personeel. Men controleert of de van de steekproef deel uitmakende gegevens fouten bevatten en men stelt een foutenpercentage vast. Dit foutenpercentage laat men vervolgens los op de rest van uw administratie. Op de beschreven wijze kan de fiscus met relatief weinig moeite grote correcties toepassen. Men hoeft immers maar een deel van de administratie te controleren om toch voor de hele periode te corrigeren.

Steekproef moet wel deugen!

Waarborgen. Het zal duidelijk zijn dat bovengenoemde methode alleen aanvaardbaar is als deze met de nodige waarborgen omkleed is. Dit betekent dat de getrokken steekproef moet deugen. Moet aselect zijn. Een steekproef moet bijv. aselect zijn, dat wil zeggen dat een steekproef willekeurig moet worden getrokken. Een steekproef inzake kostenvergoedingen moet dus bijvoorbeeld willekeurig over het jaar verdeeld zijn.

Moet representatief zijn. Ook moet een steekproef voldoende groot zijn om het risico op vertekening te voorkomen. U kunt zich voorstellen dat een steekproef van 3 uit 10.000 weinig zegt over de overige 9.997 waarnemingen.

Situatie moet vergelijkbaar zijn. Een steekproef is alleen zinvol als een situatie vergelijkbaar is. Als bijv. uw omzet in een bepaalde periode verdubbeld is, kan een gevonden foutenmarge niet zonder meer bepalend zijn voor de voorliggende periode. Appels en peren vergelijken kan niet.

Wie beoordeelt dat? Of een steekproef deugt, kan met name uw boekhouder of accountant beoordelen. Er bestaan namelijk richtlijnen waaraan een goede steekproef moet voldoen en ook de Belastingdienst moet deze richtlijnen naleven.

U bent het er niet mee eens, wat nu?

Tegenbewijs leveren. Onderneem zelf actie. Geef duidelijk aan waarom de steekproef niet deugt. Trek ook zelf één of meer steekproeven en vergelijk de uitkomsten. Of controleer desnoods, en alleen als dit uitvoeringstechnisch mogelijk is, álle boekingen en beperk u niet tot een steekproef. Het is voor de inspecteur namelijk onmogelijk aan te tonen dat de correctie op basis van zijn steekproef betrouwbaarder is dan die op basis van al uw waarnemingen.

Vergeet het belang niet. Het belang van een goede en representatieve steekproef is groot, want op basis van de steekproef kan de inspecteur in principe over de afgelopen vijf jaar correcties opleggen. Bij elkaar opgeteld gaat het in de regel dus om aanzienlijke bedragen en loont het de moeite foutieve steekproeven te bestrijden.

Rechters geven overduidelijk aan dat, als de fiscus bij een correctie gebruikmaakt van steekproeven, u moet checken of deze wel voldoende betrouwbaar zijn. Ze moeten namelijk deugen, representatief zijn en voldoen aan de richtlijnen. Ge­­bruik uw eigen bevindingen om tegenbewijs te leveren, het gaat immers om veel geld.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01