CONTROLE - 25.02.2021

Navordering of naheffing van belasting nog mogelijk?

De Belastingdienst kan gaan controleren of alles wel goed is gegaan, een boekenonderzoek dus. Hoelang kan hij dan teruggaan in de tijd? Kan dat altijd? Welke termijnen gelden er voor naheffing en navordering? Wat bewaken?

Termijnen om te bewaken

Voor de aanslagbelastingen (IB en Vpb) geeft artikel 11 lid 2 AWR de fiscus drie jaar de tijd (gerekend vanaf het einde van het betreffende kalenderjaar) om een aanslag op te leggen. De aanslag IB of Vpb over 2018 zal de fiscus dus dit jaar (2021) moeten opleggen, anders is men te laat. Als de fiscus in tijdsnood komt en u vraagt om meer tijd, dan mag dat, maar u hoeft daar niet aan mee te werken. Wel kan er in dat geval een (hoge) ‘aanslag ter behoud van rechten’ worden opgelegd. Dat mag, mits daar een goede reden voor is. Zonder verdere redengeving zal deze ‘zekerheidshalve aanslag’ bij de rechter van tafel gaan. Er kan echter soms nog nagevorderd worden. Voor de aangiftebelastingen (loonbelasting en omzetbelasting) moet u zelf aangifte doen (en deze betalen). De fiscus kan wel een naheffingsaanslag opleggen. Hier zitten fatale termijnen aan.

Navorderen of naheffen mogelijk?

Na de periode van drie jaar kan de fiscus - afhankelijk van de belastingsoort - nog navorderen of naheffen. Voor navorderen is een nieuw feit nodig, voor naheffen niet. Zowel voor een navorderings- als voor een naheffingsaanslag bedraagt de termijn vijf jaar, gerekend vanaf het einde van het betreffende kalenderjaar.

Uitstel. In alle hiervoor genoemde gevallen wordt de termijn voor het opleggen van een aanslag voor de Belastingdienst verlengd met de termijn waarvoor uitstel voor het doen van aangifte gevraagd en verleend is. Hoelang van deze termijn feitelijk door u gebruik is gemaakt, is niet van belang.

Bezwaar maken. Is de fiscus te laat, teken hierop dan bezwaar aan. Gebruik ons model.

Het model Bezwaarschrift vindt u op https://www.tipsenadvies.nl , Download Zone, jaargang 4, nr. 13.

Nieuw feit. Om te kunnen navorderen, heeft de fiscus doorgaans een nieuw feit nodig. Dat is een feit dat bij het vaststellen van de eerdere belastingaanslag niet bekend was en bij de inspecteur ook niet bekend hoefde te zijn. Voor een naheffingsaanslag is een nieuw feit niet nodig. Is een belastingplichtige te kwader trouw (heeft men bijv. fraude gepleegd), dan kan er ook zonder een nieuw feit worden nagevorderd. Dit speelt ook in de situatie dat men opzettelijk onjuiste inlichtingen aan de inspecteur heeft verstrekt of juist heeft onthouden.

Buitenland. Vijf jaar navorderen, is dus de regel, maar indien er sprake is van inkomsten of vermogen (lees: zwarte spaarrekeningen) uit het buitenland, bedraagt de navorderingstermijn maar liefst twaalf jaar (plus ook hier weer de duur van het eerder verleende uitstel voor aangifte). Deze termijn is niet onbegrensd: als de fiscus buitenlandse informatie heeft ontvangen, moet de aanslag met voortvarendheid worden opgelegd. De duur van de navorderingstermijn mag geen reden zijn om de zaak te laten sloffen. Belastingplichtigen hebben recht op duidelijkheid.

Praktijkvoorbeeld.Stel dat over het jaar 2016 een definitieve aanslag in de inkomstenbelasting is opgelegd. Er wordt - bijv. naar aanleiding van een anonieme klikbrief - in 2021 een boekenonderzoek ingesteld. Uitstel voor het doen van aangifte is nooit gevraagd. In dit voorbeeld kan er tot en met 2021 worden nagevorderd, mits er een nieuw feit is. Gaat het om buitenlands inkomen of vermogen, dan kan er tot en met 2028 worden nagevorderd.

Termijnen zijn van groot belang voor de vraag of de fiscus (nog) tijdig en dus rechtsgeldig een aanslag kan opleggen. Alle reden dus om de termijnen goed in de gaten te houden. Is de fiscus te laat, teken dan bezwaar aan via ons model.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01