FINANCIERING - 28.01.2016

Makkelijker geld lenen met borgtocht?

Wat is een ‘borgtocht’?

Borg staan. Een ‘borgtocht’ is de afspraak (overeenkomst) dat iemand anders dan de oorspronkelijke schuldenaar zal betalen op het moment dat de oorspronkelijke schuldenaar dat niet doet. Dat klinkt ingewikkeld, daarom een voorbeeld.

Jan leent € 100.000,- van de Rabobank en vader Piet staat borg voor deze lening. Als blijkt dat Jan niet (meer) aan zijn verplichtingen kan voldoen, spreekt de Rabobank Piet aan. Deze moet nu voldoen aan Jans verplichtingen jegens de Rabobank.

Meer zekerheid. Door een borgtocht heeft de bank meer zekerheid, waardoor ondernemers vaak gemakkelijker een lening kunnen krijgen. Borgtocht komt vaak voor binnen familieverhoudingen (bijv. bij een bedrijfsoverdracht) en tussen directeuren-grootaandeelhouders en hun ‘eigen’ BV.

Medeborg en achterborg

Meer dan één borg. Soms neemt de bank geen genoegen met één borg. Bijv. omdat de bank van meerdere bij de transactie betrokken personen een commitment wil, maar ook omdat de verplichting dermate omvangrijk is, dat de bank tekortkomt als zij ‘slechts’ één borg kan aanspreken.

Medeborg of achterborg. In dit verband moeten we twee verschillende figuren onderscheiden: de medeborg of tweede borg en de achterborg.

• Een ‘medeborg’ of ‘tweede borg’ is iemand die naast de eerste borg staat en die instaat voor de verplichting van de hoofdschuldenaar. Als de schuldenaar niet betaalt, staat de medeborg of de tweede borg gelijk aan de ‘gewone’ borg.

• Een ‘achterborg’ is iemand die instaat voor de verplichtingen van de borg. In de volgorde van uitwinning komt een achterborg pas aan de beurt nadat de ‘eerste’ borg zijn verplichtingen niet kan nakomen.

Weet wat u tekent!

Welke rang? Bij het ondertekenen van een borgtochtovereenkomst is het belangrijk om te weten welke plaats u als borg inneemt in de ‘rangorde’.

• Een medeborg of tweede borg komt net als de ‘gewone’ borg meteen aan de beurt als de schuldenaar niet aan zijn verplichtingen voldoet.
• Een achterborg komt pas aan de beurt als de schuldenaar, de borg én de medeborg of tweede borg niet aan hun verplichtingen voldoen.

Het overkwam uw collega

In een recente procedure werd een borg aangesproken omdat de schuldenaar niet aan zijn verplichtingen voldeed. De borg wilde dat wat hij de bank had betaald, verhalen op de achterborg.

De Rechtbank Arnhem-Leeuwarden, 30.07.2015 (GHARL:2015:5699) , besliste dat de borg de achterborg niet kon aanspreken. De achterborg had alleen verplichtingen jegens de bank en niet jegens de borg. De achterborg zou pas moeten betalen (aan de bank) als de borg niet aan zijn verplichtingen zou voldoen. De borg bleef dus zitten met de strop.