Belastingadviseur in de fout met financieel beheer
Geld verdwenen van de bankrekening. Als Mia overlijdt, zijn haar zus Karin en haar nicht Anne de enige erfgenamen. Als Anne de administratie van Mia doorneemt, ontdekt ze dat er al vier jaar regelmatig betalingen zijn verricht vanaf Mia’s bankrekening. Zo zijn er betalingen gedaan in cafés, restaurants en hotels. Ook is er vlak voordat Mia onder bewind is gesteld, nog een bedrag van € 60.000 afgeschreven. Betalingen zijn gedaan door Jaap, de belastingadviseur van Mia. Anne eist dat de overgemaakte bedragen worden teruggestort. Ook wil ze dat Jaap rekening en verantwoording aflegt over de financiële zaken die hij voor Mia heeft gedaan.
Opdracht om financiën te beheren
Volgens Jaap heeft Mia hem opdracht gegeven om haar tijdens de laatste levensjaren te helpen met de dagelijkse zorg en de financiële zaken. Alle betalingen zijn gedaan op verzoek van Mia. De € 60.000 naar zijn eigen rekening is een voorschot voor alle kosten voor zijn zorgtaken. In totaal heeft hij facturen klaarliggen ter hoogte van € 759.759. Daarom eist hij van de erfgenamen nu alvast uitbetaling van € 200.000. Van rekening en verantwoording kan geen sprake zijn. Jaap had immers een contract met Mia.
Rekening en verantwoording afleggen
Rekening en verantwoording moet worden afgelegd als er tussen partijen een rechtsverhouding bestaat, waarbij de ene partij tegenover de andere partij verplicht is om zich over de uitvoering van vermogensrechtelijke taken te verantwoorden. Deze verplichting kan voortvloeien uit de wet, een rechtshandeling (overeenkomst) of ongeschreven recht (ECLI:NL:HR:2014:1089) . Jaap stelt dat hij van Mia opdracht heeft gekregen om haar financiën te beheren. Op basis van deze overeenkomst was hij verplicht om aan haar rekening en verantwoording af te leggen (art. 7:403 lid 2 BW) . Door het overlijden van Mia is de bevoegdheid om rekening en verantwoording te verlangen onder algemene titel overgegaan op de erfgenamen (art. 6:249 BW) . Jaap moet nu aan hen rekening en verantwoording afleggen.
Geen rechtsgrond voorschot te betalen. Het bedrag van € 60.000 dat als voorschot is uitbetaald en daarbovenop de claim van nog eens € 200.000 is erg ongeloofwaardig. Uit niets blijkt dat Mia opdracht heeft gegeven voor werkzaamheden van deze omvang. Daarbij komt dat Jaap weigert om rekening en verantwoording af te leggen, terwijl daarvoor meermaals om is gevraagd. Het bedrag van € 60.000 is volgens de rechter zonder rechtsgrond overgemaakt en moet aan de erfgenamen worden terugbetaald. De claim van € 200.000 wordt afgewezen.
Verdachte uitgaven
De betalingen die met de bankpas van Mia zijn verricht in restaurants, hotels en tot in de late avonduren ook in cafés, zijn volgens de rechter verdacht. In totaal gaat het om € 12.243. Dat komt niet overeen met het normale uitgavenpatroon en de levensstijl van Mia. Ook hierover weigert Jaap om rekening en verantwoording af te leggen. Bovenop de € 60.000 moet hij daarom ook het bedrag van € 12.243 aan de erfgenamen vergoeden. Ook moet hij € 8.601 aan proceskosten betalen (ECLI:NL:RBNHO:2024:13700) .