Zelf opgestelde facturen onvoldoende voor btw-teruggaaf
De zaak (ecli:nl:rbdha:2024:18624) betrof een fiscale eenheid (FE) btw. De FE btw diende elf verzoeken in voor btw-teruggaaf, die door de Belastingdienst werden afgewezen op verdenking van btw-fraude. In beroep presenteerde de FE btw facturen van transacties met vier ondernemers. Deze facturen waren door de FE zelf opgesteld (self-billing waarbij de afnemer in plaats van de leverancier de factuur opmaakt) en de betalingen zouden via verrekening zijn verlopen. De rechtbank oordeelde dat deze zelf opgestelde facturen, in combinatie met de vermeende verrekening, onvoldoende bewijs vormden voor de daadwerkelijke uitvoering van de transacties. Bovendien had de FE btw nagelaten aanvullende informatie te verstrekken op verzoek van de Belastingdienst.Deze uitspraak benadrukt:
- Self-billing vereist zorgvuldigheid. Bij self-billing moet de factuur de vermelding Factuur uitgereikt door afnemer bevatten. Er dient vooraf overeenstemming te zijn tussen leverancier en afnemer over deze werkwijze.
- Verantwoordelijkheid leverancier. De leverancier blijft aansprakelijk voor de juistheid van de factuur en de btw-afdracht.
- Bewijslast bij teruggaafverzoeken. Ondernemers moeten robuust bewijs overleggen voor de realiteit van transacties, vooral bij substantiële teruggaafverzoeken.
- Medewerking aan fiscaal onderzoek. Het niet verstrekken van aanvullende informatie op verzoek van de Belastingdienst, kan de positie van de belastingplichtige verzwakken.
- Verrekening als betaalmethode. Wanneer verrekening wordt gebruikt als betaalmethode, is extra documentatie raadzaam om de transactie aan te tonen.