Kerstarrest en kwalificerende buitenlandse belastingplicht
Casus Een man woont in 2017 het hele jaar in Duitsland en ontvangt vanuit Nederland diverse pensioenen. Ook heeft hij vermogen. In totaal is het rendement op het vermogen € 649. De man betaalt alimentatie aan zijn voormalige echtgenote en een onderhoudsbijdrage aan zijn huidige echtgenote van wie hij duurzaam gescheiden leeft.
Het geschil Bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant (ecli:nl:rbzwb:2022:2465) is in geschil of 90% of meer van het inkomen in Nederland belastbaar is. In dat geval heeft de man als kwalificerend buitenlands belastingplichtige recht op bepaalde aftrekposten in Nederland.
Inkomenstoets Om als kwalificerend buitenlands belastingplichtige te kunnen worden aangemerkt, moeten de inkomsten voor ten minste 90% in Nederland belastbaar zijn. De man vindt dat voor het bepalen van het box 3-inkomen het werkelijk behaalde rendement geldt. De inspecteur meent dat het forfaitair bepaalde inkomen relevant is. Dan is minder dan 90% van het inkomen in Nederland belast. Daardoor zou de man niet aan de voorwaarden voor kwalificerende buitenlandse belastingplicht voldoen.
De rechtbank gaat voor de inkomensdefinitie voor het bepalen van de kwalificerende buitenlandse belastingplicht (art. 7.8 lid 6 wet ib 2001) uit van het werkelijk behaalde rendement. Aanleiding daarvoor is het Kerstarrest (ecli:nl:hr:2021:1963) . De man voldoet aan de voorwaarden voor kwalificerende buitenlandse belastingplicht.
bz-advies
Als een buitenlands belastingplichtige voldoet aan de voorwaarden voor kwalificerende buitenlandse belastingplicht, heeft hij recht op aftrek voor inkomensvoorzieningen en persoonsgebonden aftrek, zoals alimentatie. Hij kan ook de negatieve inkomsten uit eigen woning in aftrek brengen op zijn Nederlandse inkomen.
Maak uw profiel aan om dit advies en vele andere adviezen te kunnen ontdekken.