BTW-AFTREK - 30.11.2020

Ook wanneer derde meeprofiteert is recht op btw-aftrek mogelijk

Basisregels btw-aftrek

Alleen de btw op kosten die volledig worden gemaakt met het oog op door de btw-ondernemer te verrichten btw-belaste prestaties, is in zijn geheel in aftrek te brengen. Btw op kosten die enkel worden gemaakt om btw-vrijgestelde prestaties te verrichten, komt niet voor aftrek in aanmerking. Btw op kosten die zowel zijn gemaakt met het oog op btw-belaste prestaties als btw-vrijgestelde prestaties, komt voor btw-aftrek in aanmerking aan de hand van het pro rata berekende of werkelijke gebruik. Denk bijv. aan kosten voor een computer waarop de administratie van de gehele onderneming wordt gevoerd of de ontwikkeling van een website voor de gehele onderneming. Het pro rata is de verhouding van de btw-belaste omzet ten opzichte van het totaal van de btw-belaste en btw-vrijgestelde omzet van de ondernemer.

Afnemer Vervolgens is het van belang dat de btw in rekening is gebracht omdat de btw-ondernemer de afnemer van de dienst of levering is. Dat betekent dat de btw-ondernemer moet beschikken over een inkoopfactuur die aan hem is gericht.

Btw-aftrek bij meeprofiteren derde

In een zaak voor het Europees hof van Justitie (EHJ) (ecli:eu:c:2020:785) oordeelde het hof over de btw-aftrek op kosten die mede aan een derde ten goede komen. Het betrof een zaak uit België, waarin een aannemersbedrijf de btw op publiciteits-, administratie- en makelaarskosten volledig in aftrek wilde brengen. Het aannemersbedrijf had appartementsgebouwen gebouwd op grond van derden. De onverdeelde grondaandelen waar de door het aannemersbedrijf gebouwde appartementen op zijn gebouwd, werden door de grondeigenaren zelf verkocht.

België De Belgische belastingdienst stelde dat het aannemersbedrijf de btw op de publiciteits-, administratie- en makelaarskosten niet geheel in aftrek kon brengen. Volgens de Belgische belastingdienst kan het aannemersbedrijf alleen de btw in aftrek brengen voor zover deze betrekking heeft op de door haar gebouwde appartementen. De zaak komt uiteindelijk voor het EHJ die oordeelt dat btw op kosten die mede aan een derde ten goede komen, in aftrek is te brengen.

Voorwaarden voor aftrek Wel gelden voor het in aftrek brengen van de btw dan de volgende voorwaarden:

• de kosten moeten een rechtstreeks en onmiddellijk verband hebben met de economische activiteiten (btw-belaste activiteiten) van het aannemersbedrijf; en
• het voordeel voor de grondeigenaren is ondergeschikt aan de behoeften van het aannemersbedrijf.

Bij het vaststellen van het recht op btw-aftrek is het bijv. van belang of het aannemersbedrijf een deel van de uitgaven kan doorberekenen aan de grondeigenaren, zo voegt het EHJ nog toe.

Voordeel derden Uit het oordeel van het EHJ blijkt dat het feit dat derden voordeel hebben gehad van de uitgaven die een btw-ondernemer doet, er niet aan in de weg hoeft te staan dat de btw-ondernemer de btw op de kosten in aftrek kan brengen. Denk bijv. aan een btw-ondernemer met een parkeerterrein, waarbij het parkeerterrein gebruikt wordt binnen de btw-belaste onderneming, maar ook door twee particulieren die in hetzelfde pand woonachtig zijn. Indien de btw-ondernemer kosten maakt om het parkeerterrein op te knappen, zodat zijn onderneming aantrekkelijker gepresenteerd wordt, is het, indien er aan de twee door het EHJ genoemde voorwaarden is voldaan, verdedigbaar dat de btw-ondernemer de btw in aftrek kan brengen.

bz-advies

Wees zorgvuldig bij het in aftrek brengen van btw op gemaakte kosten, met name als ook derden profijt van de gemaakte kosten hebben. Daarbij is het van belang dat het voordeel van de derden ondergeschikt is aan de behoeften van de btw-ondernemer en uiteraard moeten de kosten rechtstreeks en onmiddellijk verband houden met de btw-belaste activiteiten van de btw-ondernemer.