ALIMENTATIE - 23.01.2020

Wat met afspraak alimentatie in echtscheidingsconvenant?

Wat als in het echtscheidingsconvenant is overeengekomen dat er geen alimentatie hoeft te worden betaald? Waar is dat op gebaseerd? Wanneer is er ‘grove miskenning van de wettelijke norm’? Wat is daarvan het gevolg?

Praktijkgeval

Echtscheidingsconvenant. Na een huwelijk van 14 jaar gaan Jan en Ingrid uit elkaar. Om de echtscheiding te regelen, wordt er een mediator ingeschakeld. Er wordt een echtscheidingsconvenant opgesteld met afspraken over de verdeling van het gemeenschappelijk vermogen en over de verzorging van de kinderen. Door geen van de ex-echtgenoten hoeft te worden betaald, omdat ze allebei in hun eigen levensonderhoud kunnen voorzien.

Verkeerde berekening? Twee jaar later trekt Ingrid aan de bel. Omdat ze in de zorgsector werkt, kan haar inkomen jaarlijks fluctueren. Daar heeft de mediator geen rekening mee gehouden. Daarbij zijn haar woonlasten te laag vastgesteld. Ook de berekening van de draagkracht van Jan klopt niet. De mediator heeft voor hem een te hoog eigen risico en te hoge woonlasten opgenomen. Omdat ze de echtscheiding afgehandeld wilde hebben, heeft ze het echtscheidingsconvenant maar getekend. Nu ze onvoldoende in haar eigen levensonderhoud kan voorzien, eist ze alsnog alimentatie.

Wat zegt de wet hierover? In de wet staat dat een overeenkomst betreffende levensonderhoud kan worden gewijzigd of ingetrokken, indien deze is aangegaan met grove miskenning van de wettelijke maatstaven (art. 1:401 lid 5 BW) . Van grove miskenning is sprake als er een duidelijke wanverhouding bestaat tussen de alimentatie waartoe een rechter zou hebben beslist en die welke in het echtscheidingsconvenant is overeengekomen.

Wat heeft de rechter nu beslist?

1. Draagkracht niet van belang. In het echtscheidingsconvenant staat dat Jan en Ingrid het nihilbeding inzake alimentatie zijn overeengekomen, omdat ze ervan uit zijn gegaan dat ze allebei in hun eigen levensonderhoud kunnen voorzien. De afspraak komt voort uit de beoordeling van de behoefte van Ingrid. Dat heeft met de draagkracht van Jan niets te maken.

2. Volgens de norm. Uit de berekening van het inkomen van Ingrid, inclusief zorg- en huurtoeslag, stelt de rechter vast dat het inkomen in de lijn ligt van de Hofnorm die door de rechters wordt gehanteerd. Van een grove miskenning van wettelijke maatstaven is dan ook geen sprake.

3. Geen ingrijpende wijziging. Ook zijn er geen gewijzigde omstandigheden waardoor naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid partijen niet langer aan de gemaakte afspraken kunnen worden gehouden (art. 1:159 lid 3 BW) . Daarbij hebben Jan en Ingrid in het convenant vastgelegd dat ze bij een wijziging van de inkomenssituatie van meer dan 20%, met elkaar in overleg treden om de situatie te bespreken. Rechtbank Gelderland (ECLI:NL:RBGEL:2019:5458) oordeelt dus dat Jan geen alimentatie hoeft te betalen!

FP advies

In het echtscheidingsconvenant kan voor uw cliënten de afspraak worden vastgelegd dat er geen alimentatie hoeft te worden betaald als de partners in hun eigen levensonderhoud kunnen voorzien. De draagkracht van de ex-partner is daarbij niet van belang. De alimentatieafspraak kan alleen worden herzien bij ‘grove miskenning van de wettelijke maatstaven’. Dat speelt als er een duidelijke wanverhouding is tussen de alimentatie waartoe een rechter zou hebben beslist en die in het echtscheidingsconvenant is overeengekomen. Vink de drie belangrijke punten uit deze uitspraak af om te beoordelen of dit speelt.

De afspraak alimentatie kan alleen worden herzien bij grove miskenning van de wettelijke maatstaven. Dat speelt bij een duidelijke wanverhouding tussen de alimentatie waartoe een rechter zou hebben beslist en die in het echtscheidingsconvenant is overeengekomen. Gebruik deze uitspraak als checklist.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01