GEBOUW EN GROND - 14.11.2019

Wat hoort er bij uw bedrijfsgebouw?

Als landbouwondernemer oefent u uw bedrijf uit in een zakelijk gebouw (boerderij, stal, enz.). Hoezo is het belangrijk om na te gaan welke aanhorigheden allemaal bij dit gebouw horen? Wat speelde er recentelijk bij de rechter?

Gemengd bedrijf. Deze vraag kwam aan de orde in een rechtszaak voor Hof Arnhem-Leeuwarden (ECLI:NL:GHARL:2019:8492) . In deze zaak gaat het om een maatschap waarin een echtpaar en hun zoon samen een gemengd bedrijf exploiteren. Zij houden zich bezig met het fokken en houden van melkvee en het telen van voederbieten, voedermaĂŻs alsmede overige gewassen.

Inrichting terrein. Tot het ondernemingsvermogen van deze maatschap behoort een deel van de boerderij en stallen (ligboxenstal, varkensstal), plus een mestsilo, kuilvoeropslag, mestplaat en erfverharding.

Aanhorigheden?

De vraag is hoe er moet worden omgegaan met deze additionele bouwwerken/bedrijfsmiddelen. Behoren deze tot het bedrijfsgebouw, omdat het aanhorigheden betreft? Of mogen deze individueel worden behandeld?

Fiscaal belang. Het fiscale belang betreft de afschrijving. Voor een bedrijfsgebouw geldt er een bodemwaarde van 50% van de WOZ-waarde. Wanneer deze is bereikt, mag er niet verder worden afgeschreven. Dit geldt dan ook voor de silo, mestplaat, etc. wanneer deze onderdeel zijn van het bedrijfsgebouw. Indien deze echter individueel mogen worden behandeld, geldt de bodemwaarde niet. In dat geval mag er worden afgeschreven tot de restwaarde.

In gebruik

Zijn de mestsilo, kuilvoeropslag, mestplaat en erfverharding aanhorigheden van het bedrijfsgebouw? Dit is het geval wanneer deze bedrijfsmiddelen bij het bedrijfsgebouw horen, daarbij in gebruik zijn en daaraan dienstbaar zijn.

Dienstbaar. Volgens de rechter is hiervan sprake. De maatschap gebruikt deze activa als bedrijfsmiddelen binnen de maatschap. Zij zijn bij elkaar gelegen op hetzelfde perceel. De erfverharding verbindt de overige activa met de gebouwen. Zodoende moeten deze worden aangemerkt als aanhorigheden van het bedrijfsgebouw. Als gevolg daarvan is de afschrijvingsbeperking via de bodemwaarde dan ook van toepassing op deze bedrijfsmiddelen.

Wat kunt u hier nu wel of niet mee?

Per geval beoordelen. Deze uitspraak maakt duidelijk dat extra investeringen op uw erf over het algemeen zullen worden aangemerkt als aanhorigheid. Dit beperkt het afschrijvingspotentieel. Echter, dit hoeft niet altijd het geval te zijn. Dit soort situaties moet per geval worden beoordeeld en is altijd zeer feitelijk van aard.

Afstand. Zo speelt onder meer de afstand tussen het bedrijfsgebouw en het bedrijfsmiddel een rol, de bouwkundige situatie en de bereikbaarheid. Een mestsilo op aanzienlijke afstand van het bedrijfsgebouw is minder snel een aanhorigheid dan een mestsilo die er direct naast staat. Verder is van belang of het bouwwerk daadwerkelijk door uw onderneming wordt gebruikt. Ga dus na in hoeverre extra investeringen op uw erf onderdeel uitmaken van uw bedrijfsgebouw (aanhorigheid) of individueel mogen worden behandeld. In het laatste geval opent dit de mogelijkheid om tot onder de bodemwaarde af te schrijven op de investering.

Een bouwwerk dat een aanhorigheid van het bedrijfsgebouw is, vormt met het gebouw voor de fiscale afschrijving Ă©Ă©n geheel en wordt fiscaal afgeschreven als Ă©Ă©n gebouw tot maximaal 50% van de WOZ-waarde (voor de inkomstenbelasting voor ondernemers).

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01