Waardering van maaltijden in bedrijfskantines
Maaltijden op de werkplek
Hoofdregel. Als hoofdregel geldt dat als uw werknemers een maaltijd genieten op de werkplek, deze gewaardeerd moet worden op de waarde in het economisch verkeer. Daarbij geldt er wel een maximum van € 3,35 (2019) per maaltijd. Het maakt hierbij niet uit of het om een ontbijt, een lunch of een diner gaat.
Eigen bijdrage. Van deze waarde mag de eigen bijdrage van de werknemer afgetrokken worden.
Restant. Als er dan een bedrag resteert, moet dat tot het loon van de werknemer gerekend worden of kan dit ten laste van de vrije ruimte van de werkkostenregeling gebracht worden.
Een voordeel voor de werknemer?
Onlangs bij de rechter ... In een recente procedure die voor Rechtbank Noord-Nederland (ECLI:NL:RBNNE:2019:1122) speelde, was de vraag of de werknemers eigenlijk wel een voordeel genoten. De werkgever kocht alle benodigdheden voor de lunch in en verkocht deze in de bedrijfskantine door aan de werknemers. De werkgever verkocht ook belegde broodjes en soep. Er was een werkneemster die zorgde voor de in- en verkoop en die de broodjes en de soep klaarmaakte en na afloop van de lunch de afwas deed.
Belegde broodjes, e.d. De rechtbank oordeelt dat er sprake is van een voordeel voor de werknemers. Zij kunnen immers kant-en-klare belegde broodjes kopen en hoeven ook niet af te wassen. Tip. Als u alleen brood, beleg en drinken (door)verkoopt aan uw werknemers, is er dus mogelijk helemaal geen sprake van een (belast) voordeel.
Waarde van een kantinemaaltijd
Altijd forfaitair bedrag? In deze procedure stelde de inspecteur dat de waarde van de kantinemaaltijd altijd € 3,35 per stuk moet zijn. Die waardering is immers forfaitair bepaald in de wet.
Rechter: forfait is maximum. De rechtbank nuanceert dit en stelt vast dat de waarde van loon in natura gesteld moet worden op de factuurwaarde. Omdat er voor de interne diensten geen factuur is, moet er uitgegaan worden van de waarde in het economisch verkeer. Er moet dus gekeken worden naar wat een cateraar in rekening zou brengen voor de maaltijden.
Waarde in het economisch verkeer. Omdat de werkgever aantoonbaar meer bij de werknemers in rekening bracht dan alleen de inkoopkosten van de ingrediënten van de lunches, stelt de rechtbank vast dat de werknemers de waarde in het economisch verkeer betaalden. Er is dan geen te belasten voordeel. De forfaitaire waarde voor een lunch geldt alleen als maximumwaardering en kan dus niet altijd gehanteerd worden.
Wat betekent dit voor u?
Als uw werknemers lunchen in uw kantine en u verkoopt hen de ingrediënten voor die lunch, dan moet er goed beoordeeld worden of er sprake is van een loonvoordeel. Als dat al het geval is, dan is de waarde van een lunch maximaal € 3,35 per stuk. U mag echter uitgaan van een lager bedrag als de waarde van de lunch minder dan € 3,35 bedraagt. Van dat bedrag mag u vervolgens aftrekken wat de werknemer u betaalt. Het restant is belast loon voor de werknemer of brengt u onder in de vrije ruimte van de werkkostenregeling.