Uitrijden plantenresten onder voorwaarden toegestaan
Vrijstelling. De algemene regel is dat u geen plantenresten mag uitrijden op (landbouw)grond. Deze plantenresten zou u als afvalstof moeten afvoeren naar bijvoorbeeld een composteerbedrijf. Er geldt echter een vrijstelling voor bepaalde plantenresten. Onder bepaalde voorwaarden mag u deze plantenresten wel uitrijden op (landbouw)grond. Het betreft de volgende plantenresten:
- land- en bosbouwmateriaal
- bermmaaisel
- heideplagsel en -maaisel
Definities. Land- en bosbouwmaaisel is plantaardig materiaal afkomstig uit de land- en bosbouw. Voorbeelden hiervan zijn: voerresten, ongeschikte voerkuilen, oogstrestanten of uitgezeefd materiaal bij het sorteren van bijv. bloembollen of aardappels.
Bermmaaisel is natuurlijk (grasachtig) materiaal dat vrijkomt bij het maaien van wegbermen, watergangen en waterkeringen.
Heideplagsel en -maaisel zijn plaggen en maaisel afkomstig van gebieden met de hoofdfunctie natuur (bijv. Natura 2000-gebieden).
Voorwaarden uitrijden
Zowel land- en bosbouwmateriaal als bermmaaisel mag u onder dezelfde voorwaarden uitrijden op (landbouw)grond. U mag deze plantenresten uitrijden:
- op de plaats of op het perceel waar het materiaal of maaisel is vrijgekomen;
- op een aangrenzend perceel. Dit is een perceel dat grenst aan de plaats waar het materiaal is vrijgekomen, of ligt binnen 100 meter van deze plaats;
- op een ander perceel binnen een straal van 5 km. Deze laatste optie is alleen toegestaan als de plaats zelf of het aangrenzende perceel niet geschikt is.
U mag heideplagsel en -maaisel uitrijden:
- binnen het natuurgebied waar het is vrijgekomen;
- op een perceel buiten het natuurgebied. Dit perceel mag maximaal 5 km vanaf de rand van het natuurgebied liggen. Deze laatste optie is alleen toegestaan wanneer het natuurterrein zelf niet geschikt is, bijvoorbeeld in de situatie dat het natuurterrein verschraald moet worden.
Bent u bereid om heideplagsel of -maaisel te ontvangen op uw landbouwgrond? Dan moet uw perceel binnen 5 km van de rand van het natuurgebied liggen!
Overige voorwaarden
Wilt u binnen deze vrijstelling plantenresten op uw grond uitrijden? Dan moet u ook rekening houden met de volgende voorwaarden:
- het materiaal moet ‘schoon en onverdacht’ zijn. Dit betekent o.a. dat het materiaal (op het eerste gezicht) geen vervuiling mag bevatten, zoals bijvoorbeeld zwerfafval. Ook mag het materiaal niet vervuild zijn met schimmels of zware metalen;
- de hoeveelheid plantenresten die u uitrijdt, moet in verhouding zijn met de ‘goede landbouwpraktijk’. De hoeveelheid moet ook in ‘evenwichtige verhouding’ staan met de oppervlakte grond;
- u moet de plantenresten gelijkmatig verdelen over het perceel.