Opeenstapeling van precariobelasting

Precariobelasting. De gemeente kan jaarlijks een vergoeding eisen voor het hebben van voorwerpen in, op of boven de gemeentegrond, de ‘precariobelasting’. Denk hierbij aan luifels, balkons, uitstallingen en terrassen. Volgens de Rechtbank Gelderland, 14.04.2017 (RBGEL:2017:2093) , moet er precariobelasting betaald worden voor zowel een uitstalling als voor een luifel.

Wat speelde er?

Wenskaartenhouders onder een luifel. Een ondernemer huurt een winkelpand. Voor het winkelpand staan wenskaartenhouders en aan de gevel is een luifel bevestigd. Voor de wenskaartenhouders moest de ondernemer voor het belastingjaar 2015 ruim € 210,- betalen aan precariobelasting. Voor de luifel moest hij ruim € 450,- betalen.

Dubbele heffing? Volgens de ondernemer was er sprake van een dubbele heffing omdat de wenskaartenhouders onder de luifel waren geplaatst.

Opgewekt vertrouwen? Daarnaast is er volgens de ondernemer sprake van opgewekt vertrouwen. De vorige huurder had immers beroep ingesteld en tijdens de zitting bij de rechter verklaarde de ambtenaar dat er voor de wenskaartenhouders geen precariobelasting kon worden geheven. Nadien is er geen aanslag meer opgelegd voor de wenskaartenhouders.

Wat zegt de rechter?

Verordening: geen vrijstelling. De rechtbank is het niet eens met de ondernemer. In de gemeentewet is bepaald dat de gemeente precariobelasting kan heffen. De gemeente heeft hierbij een grote mate van vrijheid. Zo mag zij zelf het tarief bepalen en mag zij bepaalde voorwerpen uitzonderen van de heffing. Luifels zijn dikwijls vrijgesteld. De tarieven en vrijstellingen neemt de gemeente op in een verordening. Volgens de Rechtbank blijkt uit de verordening niet dat er geen precariobelasting kan worden geheven indien een of meerdere voorwerpen zich boven elkaar bevinden, zoals in casu wenskaartenhouders en een luifel.

Geen opgewekt vertrouwen. Daarnaast is er geen sprake van opgewekt vertrouwen. De rechter is niet bekend met de achtergrond van de opmerking die de ambtenaar maakte tijdens de procedure van de vorige huurder. Daar komt nog bij dat de opmerking ziet op een ander belastingjaar en de tekst in 2015 anders is ten opzichte van voorgaande belastingjaren. Er is dus volgens de rechter geen sprake van opgewekt vertrouwen.

Wat betekent deze uitspraak?

Vrijheid gemeente. In deze uitspraak wordt nog eens bevestigd dat de gemeente een grote mate van vrijheid heeft bij het heffen van precariobelasting. Elk voorwerp dat zich gedurende een bepaalde periode bevindt in, op of boven gemeentegrond, kan in de heffing worden betrokken. Dit geldt dus niet alleen voor luifels en terrassen, maar ook voor wenskaartenhouders en bijvoorbeeld balkons.

Schriftelijke toezegging. Er kan alleen met succes een beroep worden gedaan op opgewekt vertrouwen als er sprake is van een schriftelijke toezegging aan de betreffende winkelpandhuurder. Een nieuwe huurder kan in principe geen rechten ontlenen aan een bevestiging die is gericht aan de vorige huurder. Verzoek daarom altijd om een vrijstellingsverklaring op eigen naam.