Uw volgende stap

Info Belastingdienst over het lage-inkomensvoordeel

[Informatie]

Memo Belastingdienst over verloonde uren

[Informatie]

Rekenhulp premiekortingen en lage-inkomensvoordeel van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

[Informatie]

Benut het lage-inkomensvoordeel optimaal

Lage-inkomensvoordeel. Sinds 2017 krijgt u voor lager betaald personeel een fiscale tegemoetkoming in het uurloon. Dit lage-inkomensvoordeel (LIV) kan oplopen tot € 2.000,- per werknemer per jaar. Er gelden wel de nodige voorwaarden. Door hierop in te spelen, kunt u de regeling optimaal benutten. Wat is dan van belang?

Gemiddeld uurloon

Max. 125% van het minimumloon. Het gemiddelde uurloon van de werknemer moet liggen tussen 100 en 125% van het minimumloon van een 23-jarige bij een 40-urige werkweek.

• Bij een uurloon van € 9,54 tot en met € 10,49 krijgt u € 1,01 per uur aan tegemoetkoming met een maximum van € 2.000,-.
• Bij een uurloon van € 10,50 tot en met € 11,92 krijgt u € 0,51 per uur en maximaal € 1.000,-.

Let op. De definitieve bedragen wijzigen nog iets en worden binnenkort bekendgemaakt.

Jonger dan 23 jaar. Ook voor werknemers jonger dan 23 jaar kunt u het LIV krijgen, mits het uurloon binnen de grenzen ligt.

Aantal verloonde uren

Minstens 1.248 verloonde uren. Van belang is dat u voor uw werknemer in het jaar minstens 1.248 verloonde uren heeft. Hieronder verstaat men alle uitbetaalde uren, dus ook uren waarvoor niet gewerkt wordt. Denk aan betaald verlof, ziekte, overwerk en uitbetaalde verlofuren.

Houd uurloon binnen de marge. Voor het LIV is het van belang dat u het uurloon binnen de marges houdt. Voor jongeren die minder dan € 9,54 verdienen, kan het voordelig zijn het uurloon te verhogen tot binnen de marge. Voor werknemers met een uurloon rond de € 10,49 en € 11,92 is het van belang dat ze hier niet boven komen.

Alternatieven. U wilt uw werknemers uiteraard niet tekort doen, maar bij lonen rond de marge kunt u ook gebruikmaken van alternatieven. Denk daarbij aan:

• onbelaste kostenvergoedingen voor bijvoorbeeld het woon-werkverkeer; en
• het onderbrengen van belast loon in de werkkostenregeling. Dit loon telt dan niet mee voor de bepaling van het LIV. Bedenk dat het onderbrengen van loon in de werkkostenregeling wel gebruikelijk moet zijn, maar dat de Belastingdienst tot € 2.400,- per werknemer per jaar niet moeilijk doet.

Zorg voor voldoende uren. Bij te weinig betaalde uren mist u de tegemoetkoming, ook als men pas in de loop van het jaar in dienst treedt. Bij werknemers die net iets onder de 1.248 uur werken, is het voor u waarschijnlijk voordeliger iets meer uren te verlonen. Zelfs als u uw werknemer extra betaald verlof zou geven, tellen de uren mee en kunt u het LIV wellicht toch binnenhalen.

Op tijd checken

U krijgt het LIV pas uitbetaald in 2018. De fiscus weet immers pas na afloop van het jaar hoeveel uren u verloond heeft en tegen welk uurloon. Check dus in de tweede helft van het jaar welke werknemers op de grens zitten wat betreft het LIV en stuur zo mogelijk bij. Bijvoorbeeld door meer uren te verlonen of door het gemiddelde uurloon te verhogen via een bonus.