Samenwoners zonder administratie, ieder de helft
Samenlevingscontract. Henk en Trees wonen al jarenlang samen. In hun samenlevingscontract staat dat ze ieder hun eigen privévermogen houden. Alleen de inboedel wordt als gemeenschappelijk bezit beschouwd. Mochten ze uit elkaar gaan en is er onenigheid over wie er eigenaar is van een roerende zaak, dan worden ze geacht daarvan ieder voor de helft eigenaar te zijn.
Geen administratie
Eigen inkomen en vermogen. De beide partners hebben allebei hun eigen inkomen en vermogen. Maar in de loop der jaren zijn de privébankrekeningen opgeheven. Ook wordt er geen administratie gevoerd. Inmiddels hebben ze samen een huis gekocht waarvan ze ieder voor de helft eigenaar zijn. Ook hebben ze een auto, inboedelgoederen en een kunstcollectie aangeschaft.
Uit eigen zak. Na ruim vijftien jaar gaan ze uit elkaar, dus moeten het woonhuis en alle roerende zaken tussen hen beiden verdeeld worden. Volgens Henk hebben ze ieder recht op de helft van de waarde. Trees is het daar niet mee eens. De rente en de aflossing van de hypothecaire lening van het woonhuis is voor een groot gedeelte door haar betaald. Ze dient dus ruimschoots meer dan de helft van de waarde van het huis te verkrijgen.
Schenkingen. Ook heeft Trees meermaals van haar ouders schenkingen ontvangen. Daarmee is de kunstcollectie en de auto betaald. Het restant van de bedragen van de schenkingen staat op de gezamenlijke bankrekening. Maar omdat de schenkingen door haar ouders zijn gedaan onder de werking van de zogenoemde ‘uitsluitingsclausule’ (privéclausule), komt dat geld alleen haar toe. Dat hebben de ouders zwart-op-wit vastgelegd!
Alleen de inboedel. Volgens Trees klopt er niets van dat Henk recht zou hebben op de helft. Er is immers geen gemeenschappelijk vermogen. Bij samenwoners geldt als uitgangspunt dat alles privé blijft van de beide partners, tenzij in het samenlevingscontract anders wordt afgesproken. In hun geval geldt dat alleen voor de inboedelgoederen.
Vermengd? Trees heeft gelijk als ze zegt dat er juridisch gezien geen gemeenschappelijk vermogen is. Dat geldt alleen voor gehuwden. Maar door het opheffen van de privérekeningen hebben ze zich in de praktijk wel zo gedragen. Omdat ze alleen maar gezamenlijke rekeningen hebben, zijn hun inkomens en vermogens vermengd. Dat geldt ook voor de schenkingen die door de ouders van Trees aan haar zijn gedaan.
Eigen administratie. Als Trees haar vermogen had willen scheiden van dat van Henk, had ze haar eigen bankrekeningen aan moeten houden. Ook had ze een deugdelijke administratie moeten voeren en de verschillende geldstromen moeten vastleggen. Verder had ze de bedragen van de schenkingen moeten administreren en moeten bijhouden waaraan dat geld is besteed.
Hoe oordeelt de rechter?
Omdat niet meer te bewijzen is wie wat heeft betaald, oordeelt het Gerechtshof Den Haag, 06.04.2016 (GHDHA:2016:912) , dat alle bezittingen in economisch (niet juridisch!) opzicht als gemeenschappelijk moeten worden beschouwd. Alle goederen en zaken moeten dus zo worden verdeeld dat ieder de helft van de waarde krijgt. Henk krijgt dus evenveel als Trees!