PENSIOEN - 22.01.2016

Bijbetalen na waardeoverdracht, wat zijn de kosten?

Waardeoverdracht

Opgebouwd pensioen meenemen. Een werknemer kan de pensioenaanspraken die hij bij zijn vorige werkgever heeft opgebouwd, overhevelen naar uw pensioenregeling, de zogenaamde ‘waardeoverdracht’. Het voordeel voor de werknemer is dat al zijn pensioenaanspraken dan door één uitvoerder worden beheerd. Dat is wel zo overzichtelijk. Bovendien kan hij daarmee een pensioenbreuk van bijv. het partnerpensioen voorkomen.

Moet dat altijd? Waardeoverdracht is een wettelijk recht van de werknemer. Voorheen (tot 1 januari 2015) had de werknemer 6 maanden de tijd om door te geven dat hij van dit recht gebruik wilde maken. Deze termijn is echter vervallen. Houd er dus rekening mee dat de werknemer ook nog op een later tijdstip om waardeoverdracht kan vragen.

Alleen als het kan. Een waardeoverdracht wordt niet uitgevoerd zolang de dekkingsgraad van de oude of de nieuwe uitvoerder onder de 100% ligt.

Hoe gaat dat in zijn werk?

Wat is het oude pensioen waard? De uitvoerder van de oude pensioenregeling moet aan het opgebouwde pensioen een waarde toekennen en deze waarde overmaken naar de nieuwe uitvoerder.

Nieuw pensioen inkopen. Uw uitvoerder moet vervolgens de overdrachtswaarde omzetten in aanspraken op de nieuwe regeling. Hij moet daarbij waarborgen dat de actuariële waarde van de te verwerven aanspraken minimaal gelijk is aan de waarde van de overgedragen aanspraken.

Lage rente kost geld. Deze waarde voor de overdracht en de overzetting worden bepaald door een aantal factoren zoals de rekenrente, de overlevingstafel, etc., etc.

Waarom is dat zo duur?

Lage rekenrente. De huidige stand van de rekenrente is laag (in 2014 2,785%, in 2015 2,156%). Het komt vaak voor dat de oude uitvoerder een hogere rekenrente hanteerde en de overdrachtswaarde niet genoeg is om bij de nieuwe uitvoerder dezelfde aanspraken te verwerven. U moet dan het verschil tussen de overgedragen en de benodigde waarde bijbetalen. Dat kan flink in de papieren lopen!

Beperking bijbetaling. Omdat de bijbetalingsverplichting fors kan oplopen, geldt sinds 2013 een tijdelijke beperking van de plicht tot waardeoverdracht voor kleine werkgevers. De pensioenuitvoerder van de nieuwe werkgever hoeft dan niet mee te werken aan een waardeoverdracht als de werkgever meer dan € 15.000,- en meer dan 10% van de overdrachtswaarde moet bijbetalen.

Kleine werkgever? U bent een kleine werkgever als u een premieplichtig loon heeft dat maximaal 25 keer het door het UWV vastgestelde gemiddelde premieplichtige loon per werknemer in dat kalenderjaar heeft (25 x € 31.400,- = € 785.000,-).

Wat is er nu nieuw?

Uitbreiding. Omdat de rekenrente naar verwachting verder zal dalen, zal de ongelimiteerde bijbetaling ook voor grotere werkgevers steeds meer financiële verplichtingen en dus problemen met zich meebrengen. Daarom geldt de maximale bijbetalingsplicht met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2015 voor alle werkgevers.