RE-INTEGRATIE - 18.02.2013

Eerste en tweede spoor Wet verbetering poortwachter

Regelmatig horen wij bij bedrijven dat het eerste spoor voor het eerste ziektejaar geldt en dat het tweede spoor ingezet moet worden met ingang van het tweede verzuimjaar. Is dat echter wel écht zo? Waar moet u op letten?

Tweesporenbeleid

Spoorboekje. Als een werknemer zich ziek meldt, wilt u als werkgever dat hij zo snel mogelijk weer aan de slag gaat. Dat is uiteindelijk de beste én de goedkoopste oplossing. Daaraan kunnen echter wel wat haken en ogen zitten. Wat speelt er dan?

  • Terug in eigen werk. Het uitgangspunt is altijd dat de werknemer uiteindelijk zijn eigen werk (de overeengekomen arbeid) weer gaat doen. Dit is het eerste spoor. In de aanloop naar deze hervatting van het eigen werk, kan de werknemer ook andere arbeid doen. Vaak zal dat op therapeutische basis zijn.
  • Ander werk. Soms kan de werknemer zijn eigen werk ook in de toekomst niet meer her­­vatten, omdat zijn beperkingen dat niet toe­­laten. Zodra dat duidelijk is, moet u uit een ander vaatje tappen. Dat kan zijn:
  • in uw bedrijf. De werknemer keert dan te­­rug in uw bedrijf, maar in ander werk. Het kan zijn dat u dan wel moet gaan investeren, bijv. door de werkplek aan te passen of uw werknemer op te leiden. Tip. Wacht daar niet mee, maar zet dit traject direct in zodra duidelijk is dat uw werknemer zijn oorspronkelijke werkzaamheden niet meer kan uitvoeren. Tip. Betrek uw arbeidsdeskundige bij dit traject. Hij wéét welk (aangepast) werk uw werknemer, rekening houdend met zijn beperkingen, kan doen.
  • bij een andere werkgever. Als u binnen uw bedrijf géén werk heeft dat past bij zijn beperkingen, moet u zorgen dat hij bij een andere werkgever passend werk kan vinden. Het zogenaamde ‘tweede spoor’. Tip. Start dit tweede spoor zodra duidelijk is dat u uw werknemer geen werkplek meer kunt bieden. Als u te laat start, riskeert u een sanctie van het UWV. Wacht dus niet totdat het eerste jaar voorbij is! Tip. Houd hierover goed contact met uw arbeidsdeskundige.

Hoe werkt dat dan in de praktijk?

Voorbeeld. Een werknemer is al geruime tijd werkzaam als winkelmedewerker bij een bakkerij. De werknemer wordt ziek; er wordt een ernstige mate van COPD vastgesteld. De werknemer is onder behandeling van specialisten en krijgt onderzoeken en testen in een academisch ziekenhuis. Voordat de medewerker in dienst kwam bij deze bakkerij werkte hij in de binnenvaart. Zijn opleidingsniveau is lbo. Er is een lijst met beperkingen op het gebied van koude-/warmtewisselingen, tocht, vochtigheidswisselingen, tillen en langer lopen dan 10 minuten.

De arbeidsdeskundige stelt al in de 13e week vast dat binnen het bedrijf van deze werkgever terugkeer niet mogelijk is. Deze vaststelling gebeurt in overleg met de werkgever, de werknemer en de bedrijfsarts. In dit soort gevallen moet dus al in de 13e week het tweede spoor worden ingezet.

Dat kan duur worden ...

Misverstand. Het is een veelvoorkomend misverstand dat het tweede spoor moet worden bekeken na één jaar ziekte. Zoals uit bovenstaand voorbeeld blijkt, is dat echt een fabeltje. Het tweede spoor komt in beeld zodra het duidelijk is dat de werknemer niet meer bij de eigen werkgever aan de slag kan.

Wacht niet te lang met het inzetten van een tweede spoor voor uw zieke werknemer. Zodra het duidelijk is dat hij (met zijn beperkingen) niet meer in uw bedrijf kan werken, moet u op zoek naar een andere werkgever voor hem. Dat kan dus (veel) eerder zijn dan in het tweede verzuimjaar.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01