Geen geld voor stakingswinstbelasting, wat nu?

Onttrekkingswinst

Belastingboxverhuizing. Wanneer u uw eenmanszaak beëindigt maar kassen en grond niet verkoopt, dan gaan deze in de regel van uw fiscale bedrijfsvermogen (box 1) naar uw fiscale privévermogen (box 3). Onttrekking heet dat. Voor de inkomstenbelasting wordt er dan bij wijze van fictie van uitgegaan dat kassen en grond zijn verkocht voor de waarde in het economisch verkeer (WEV). En dat kan betekenen dat u belasting betaalt over het verschil tussen de WEV en de waarde waarvoor kassen en grond op uw fiscale balans staan. Dat verschil noemen we de stille reserves. En ook zult u met de fiscus moeten afrekenen over uw eventuele fiscale oudedagsreserve (FOR).

Landbouwvrijstelling

Vrijgesteld van belasting? Als u tot aan uw bedrijfsbeëindiging steeds zelf voor eigen rekening en risico tuinbouwproducten heeft geteeld in uw kassen, zal gewoonlijk geen belasting verschuldigd zijn over de stille reserves in de grond. Die zijn namelijk vrijgesteld (landbouwvrijstelling). Dat kan anders zijn, wanneer u voorafgaande aan uw bedrijfsbeëindiging de kassen een aantal jaren heeft verhuurd of verpacht, en dus niet voor eigen rekening geteeld heeft.

De landbouwvrijstelling is namelijk niet van toepassing op waardestijging van grond gedurende de periode van verhuur of verpachting. Nu zal dat in deze tijd met de dalende grondprijzen misschien niet zo’n vaart lopen, maar het is een punt van aandacht. De stille reserves in de kassen en de FOR zijn niet vrijgesteld.

Uitstel van belastingheffing

Er is wel een manier om deze belastingheffing uit te stellen. Indien u de leegstaande kassen en grond aanhoudt in afwachting van een goede koper, dan blijven ze fiscaal bedrijfsvermogen in box 1 tot het moment van verkoop. Dat is wel zo prettig, want dan heeft u ook het geld om de belasting te betalen, en kunt u de kosten van instandhouding van de kassen gewoon aftrekken als bedrijfskosten. U betaalt dan geen belasting over de stille reserves op het moment van de bedrijfsstaking, maar op het moment van verkoop. Zorg wel dat u kunt aantonen dat de kassen te koop staan. Bijkomend voordeel van box 1 is dat u geen 1,2% vermogensrendementsheffing in box 3 betaalt over de waarde van de onroerende zaken.

Afstemmen met de Belastingdienst

Goede afspraken. Als de waarde tussen staking en verkoop stijgt of daalt, betaalt u meer of minder belasting. Het is dan wel van belang dat u met de Belastingdienst goede afspraken maakt over de landbouwvrijstelling, bijvoorbeeld voor het geval de grond na staking in waarde stijgt. De vraag is dan of deze waardestijging tijdens de leegstand onder de landbouwvrijstelling valt. En het is ook belangrijk te weten hoe de fiscus zal handelen als de verkoop jaren op zich laat wachten, of wanneer u in de tussentijd besluit om te gaan verhuren. De fiscus kan zich op het standpunt stellen dat de kassen dan een beleggingsobject zijn geworden en afgerekend dienen te worden. Al met al is het raadzaam om samen met uw belastingadviseur vooraf overleg te zoeken met de Belastingdienst, zodat u niet voor verrassingen komt te staan.