BELASTINGDIENST - 25.09.2012

Ook fiscus moet zich aan regels houden!

Rechter versus fiscus. De fiscus legt op basis van uw aangifte een aanslag op. Om te kunnen beoordelen of uw aangifte juist is, geldt er voor u een aantal eisen. Regels zijn er echter ook voor de inspecteur. Houdt hij zich er niet aan, dan is zijn macht beperkt. Dat bleek bij een zaak die onlangs speelde voor de rechter (LJN: BX0554).

Wat is die auto waard?

Ondernemer zag rood. In genoemde zaak had een directeur-grootaandeelhouder (DGA) van zijn BV een klassieke en unieke auto gekocht. Bij dit soort acties is de fiscus altijd alert. Het is namelijk verleidelijk om bij dergelijke transacties een te lage prijs te rekenen om de DGA belastingvrij te kunnen bevoordelen. Ook in dit geval ging de inspecteur hiervan uit. Volgens zijn informatie was de waarde van de auto € 1.500.000,- geweest terwijl de DGA er slechts € 100.000,- voor betaald had. Er volgden dus navorderingen inkomsten- en vennootschapsbelasting en een naheffing omzetbelasting inclusief zo’n € 700.000,- aan boetes. Zo kwam de zaak voor de rechter.

Mosterd na de maaltijd …

Fiscus door rood … De inspecteur stelde zich op het standpunt dat de belastingplichtige aan moest tonen dat de aanslag te hoog was. Hij voerde aan dat hij inlichtingen aan hem had gevraagd die hij vervolgens niet had gegeven. Daarop had de inspecteur de boekhouding verworpen en moest de belastingplichtige bewijzen dat de opgelegde aanslag te hoog was. De belastingplichtige gaf echter haarfijn aan dat de inspecteur niet tijdig op zijn bezwaar had gereageerd en dat er daarom inmiddels beroep was aangetekend bij de rechter. De inlichtingenbrief van de inspecteur was te laat en dus kon hij de bewijslast niet meer omdraaien.

De rechter geeft rode kaart. De inspecteur had binnen zes weken op het bezwaar moeten beslissen en had dit nogmaals zes weken kunnen uitstellen. Nu dit niet was gebeurd en de inlichtingen pas ná de periode van zes weken hoefden te worden verstrekt, was hij te laat en moest hij zelf aantonen dat de auto te goedkoop was verkocht.

Onafhankelijke derde. Dat lukte de inspecteur echter niet. Bij onafhankelijke derden geldt de verkoopprijs als uitgangspunt. De DGA had de auto weliswaar van zijn BV gekocht, maar die had de auto van een onafhankelijke derde voor dezelfde prijs overgenomen. Nu de inspecteur niet kon aantonen dat deze prijs te laag was, bleef die prijs het uitgangspunt. De aanslagen verdwenen dan ook van tafel.

Wat kunt u hiermee?

Wees op tijd! De fiscale wet eist dat u tijdig bezwaar en beroep aantekent en dat de inspecteur tijdig moet beslissen. Doet hij dit niet, dan kunt u naar de rechter stappen en hoeft u de inspecteur ook geen inlichtingen meer te verstrekken.

Wie eist, bewijst. In het fiscale recht geldt normaal gesproken dat degene die eist, moet bewijzen dat hij gelijk heeft. Claimt u dus aftrek van kosten, dan zult u ze aan moeten tonen.

Het liefst met facturen. Maar ook zonder facturen kunnen kosten aftrekbaar zijn. Zo besliste de rechter in het verleden in een zaak dat de kosten van zwartwerkers aftrekbaar waren, nu de inspecteur hierop de loonbelasting had nageheven.