Laat de gemeente maar dokken!
Onrechtmatige daad
Een gemeente doet van alles: van het verstrekken van vergunningen, de afgifte van paspoorten en rijbewijzen tot het snoeien van bomen en het ophalen van huisvuil.
Wie werkt, maakt fouten. Ook de gemeente maakt fouten, niets menselijks is haar vreemd. Het maakt daarbij dan wel verschil of de gemeente een fout maakt bij het uitoefenen van haar wettelijke functie (verstrekken van paspoorten, vergunningen, etc.) of bij de overige werkzaamheden (snoeien van bomen, etc.).
In het recht worden ál deze fouten aangeduid met de term ‘onrechtmatige daad’. Daarbij geldt dat degene die een onrechtmatige daad begaat, de schade moet vergoeden. Ook de gemeente.
Een voorbeeld. Als een gemeentewerker bij het uitvoeren van werkzaamheden in een plantsoen schade veroorzaakt aan de auto van een voorbijganger, moet de gemeente deze schade vergoeden. Hier geldt voor de gemeente dezelfde aansprakelijkheid als voor iedere andere persoon.
Maar hoe zit het als de gemeente een fout maakt bij de uitvoering van een taak die zij heeft voor haar wettelijke functie, zoals het vaststellen van een bestemmingsplan? Daarbij is de gemeente aan allerlei regels gebonden. Het is vaste rechtspraak dat een overheidsorgaan dat zich niet aan die regels houdt, een onrechtmatige daad begaat (en dus de schade moet vergoeden).
Het overkwam een projectontwikkelaar
In een recent geval leed projectontwikkelaar Baksteen schade doordat een bestemmingsplan véél later dan verwacht werd vastgesteld. De gemeente had de nodige steken laten vallen bij de totstandkoming van het bestemmingsplan. Baksteen leed daardoor schade en wilde deze verhalen op de gemeente. Hij claimt bij de gemeente een schadevergoeding van ruim € 278.000,-. Later verminderde de projectontwikkelaar de schadeclaim tot ongeveer € 140.000,-. De rechtbank en in hoger beroep het gerechtshof (LJN: BV1241) wezen de eis tot schadevergoeding af.
Wat is er misgegaan? Baksteen vond dat de gemeente bij de totstandkoming van het bestemmingsplan tot tweemaal toe in strijd met de Wet op de ruimtelijke ordening heeft gehandeld en daardoor een onrechtmatige daad pleegde. Baksteen leed daardoor aantoonbaar schade. Moet de gemeente die schade dan ook vergoeden?
Onrechtmatig ten opzichte van wie?
Onrechtmatig voor bezwaarmakers. De rechter vond dat de gemeente fouten had gemaakt bij de mogelijkheid een zienswijze in te dienen (om daarna bezwaar te kunnen maken). Hierdoor werden degenen die eventueel bezwaar zouden willen maken, benadeeld. Deze fout was wel onrechtmatig, maar niet ten opzichte van de projectontwikkelaar.
Ontwikkelaar ving bot. De projectontwikkelaar had juist belang bij een zo snel mogelijke vaststelling van het bestemmingsplan en dus bij zo min mogelijk bezwaren. Meer bezwaren zouden immers alleen maar kunnen leiden tot extra vertraging. Zijn schade werd niet veroorzaakt door de fouten bij de mogelijkheid bezwaar te maken, maar door de vertraging bij de totstandkoming van het plan. Baksteen kreeg geen gelijk omdat de wettelijke bepaling waarop hij zich beriep, niet was geschreven voor dit soort gevallen en dit soort schades.