RICHTLIJNEN & PROTOCOLLEN - 23.03.2012

Mondje dicht tegen de politie ...

In februari 2012 is er een nieuwe KNMG-handreiking ‘Beroepsgeheim en politie/justitie’ verschenen. Deze handreiking biedt houvast bij dilemma’s rond het beroepsgeheim in relatie tot politie en justitie. Wat moet u daarvan weten?

Discussie. Regelmatig en vooral na incidenten klinkt de roep om versoepeling van het beroepsgeheim. Zo’ versoepeling brengt grote risico’s voor de praktijk met zich mee. Zo kan de vrije toegang tot de gezondheidszorg belemmerd worden als hulpverleners de politie informeren.

Belangrijke update. De nieuwe handreiking is een update van de versie uit 2004 waarin nieuwe rechtspraak en wet- en regelgeving is meegenomen. Denk bijvoorbeeld aan een patiënt die dreigt met geweld of aan een patiënt die tijdens het spreek­­uur aankondigt iemand te willen vermoorden. 

Is dat absoluut geheim?

Beroepsgeheim. Het medisch beroepsgeheim is niet ‘onaantastbaar’. In bepaalde gevallen mag van hulpverleners juist worden verwacht dat zij het beroepsgeheim doorbreken en politie/justitie informeren. Dat mag bijvoorbeeld:

• als de patiënt daar toestemming voor geeft;

• als verstrekking wettelijk verplicht is (zoals aan de gemeente na een overlijden);

• als de arts na zorgvuldige afweging van een ‘conflict van plichten’ gegevens verstrekt. Denk aan een ouder die volgens de arts een direct gevaar vormt voor de veiligheid van zijn kinderen. De arts mag dan de politie inschakelen. Ook de arts die door een patiënt bedreigd wordt, mag aangifte doen.

Wat is er nieuw?

Waarheidsvinding. Verwerking van de recente rechtspraak van de Hoge Raad over de ‘zeer uitzonderlijke omstandigheden’ waarin het Openbaar Ministerie (OM) patiëntendossiers in beslag mag nemen bij de arts. In die gevallen weegt de waarheidsvinding volgens de rechter zwaarder dan het geheimhoudingsbelang (verschoningsrecht). Hierbij worden situaties onderscheiden: de patiënt als verdachte, de arts als verdachte jegens de patiënt en als verdachte jegens de samenleving (bijvoorbeeld frauderende hulpverleners).

Enige mogelijkheid. Het Openbaar Ministerie mag gegevens uit meldingssystemen voor ‘Veilig Incident Melden’ (VIM) alleen in beslag nemen als er onmogelijk op andere wijze aan de benodigde informatie gekomen kan worden.

Vastleggen. Artsen moeten bij een conflict van plichten in het dossier een aantekening maken van hun afwegingen bij de doorbreking van het beroepsgeheim. Tip. Maak ook aantekeningen van die afwegingen bij concrete aanwijzingen dat er sprake is van een mogelijk gevaarlijke situatie veroorzaakt door de patiënt. Doe dit ook als het beroepsgeheim (nog) niet wordt doorbroken.

Ramp. Bij een grootschalig ongeval of een grootscha­­lige ramp moeten de familie en/of de betrokken hulpdiensten geïnformeerd kunnen worden over de verblijfplaats van het slachtoffer. Artsen mo­­gen dan namen verstrekken aan politie of jus­­ti­­tie.

Kinderen. Het onderdeel ‘Kindermishandeling’ is uitgebreid met informatie over volwassenengeweld. Het antwoord op de vraag wanneer een arts op eigen initiatief informatie mag verstrekken aan de politie sluit aan bij de KNMG-meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld die in maart 2012 verschijnt.

U kunt de handreiking én de samenvatting daar­­van gratis downloaden van: http://medicus.indicator.nl (MD 05.01.03A en B)

Wil politie of justitie dat u gegevens van uw patiënt verstrekt in het kader van een onderzoek? Gebruik dan de nieuwe KNMG-handreiking. Die geeft u inzicht in of u uw beroepsgeheim wel of niet mag doorbreken.

Contactgegevens

Indicator BV | Schootense Dreef 31 | Postbus 794 | 5700 AT Helmond

Tel.: 0492 - 59 31 31 | Fax: 040 - 711 17 00

klantenservice@indicator.nl | www.indicator.nl

 

KvK-nummer: 17085336 | Btw-nummer: NL-803026468B01