Overdrachtsbelasting ontgaan? Partnerschap aangaan!
Vrijstellingen. Er zijn diverse vrijstellingen voor de overdrachtsbelasting. Daarbij valt bijvoorbeeld te denken aan de aankoop van een perceel landbouwgrond of aan de verdeling van een nalatenschap, huwelijksgemeenschap of geregistreerd partnerschap, waartoe vastgoed behoort. De laatste vrijstelling was onlangs onderwerp van een gerechtelijke procedure.
Wat was er aan de hand?
X en Y waren samen eigenaar van een aantal panden. Zij besloten die te gaan verdelen. Dat zou echter overdrachtsbelasting kosten. Om dat te voorkomen, kwamen zij op een briljant idee: zij gingen een geregistreerd partnerschap aan, waarbij zij ten aanzien van de onroerende zaken een gemeenschap van goederen creëerden. Een dag later werd het geregistreerd partnerschap ontbonden en kort daarna werden de onroerende zaken verdeeld, waarbij een beroep werd gedaan op de vrijstelling van overdrachtsbelasting.
De inspecteur komt in het geweer. De Belastingdienst was bepaald niet gelukkig met deze ‘truc’. De inspecteur vond dit typisch een geval van belastingontduiking (fraus legis) en legde een naheffingsaanslag op.
Wat zegt de rechter?
Het Hof in Arnhem maakt echter korte metten met het standpunt van de Belastingdienst (LJN: BU5781). Ten eerste, zo zegt het Hof, is dit ‘gevaar’ uitdrukkelijk bij de parlementaire behandeling aan de orde gekomen, maar de wetgever zag toen geen aanleiding tot wijziging van de voorgestelde wetgeving. Dan moet men achteraf niet piepen.
Niets nieuws onder de zon. Verder, zo redeneerde het Hof, is deze gang van zaken in lijn met een arrest van de Hoge Raad uit 1993. In die kwestie werd tussen twee buiten gemeenschap van goederen gehuwde echtgenoten de echtscheiding uitgesproken. Voordat de echtscheiding werd ingeschreven bij de burgerlijke stand, werd het huwelijksgoederenregime tussen hen gewijzigd in een gemeenschap van onroerend goed. Vervolgens werd de echtscheiding voltooid en het woonhuis aan de vrouw toegedeeld waarbij een vrijstelling van overdrachtsbelasting werd geclaimd.
De Hoge Raad had daar geen enkele moeite mee, nu er geen sprake was van ‘strijd met doel en strekking’ van het betreffende wetsartikel.
Geen echte betekenis. De rechtbank vond het verder van belang dat in dat geval het huwelijk serieuze betekenis had, maar dat in het geval van X en Y puur sprake was van een ‘opzetje’. Ook dat argument veegt het Hof echter van tafel. Het Hof vindt het juist van belang dat ook de echtgenoten van de zaak uit 1993 hun huwelijksvoorwaarden wijzigden in verband met een fiscaal voordeel en dat de Hoge Raad dit goedkeurde.
Conclusie
Deze uitspraak van het Hof biedt kansen. Het wijzigen van huwelijksvoorwaarden, maar ook het aangaan van een geregistreerd partnerschap vóór een verdeling van onroerend goed kan een besparing aan overdrachtsbelasting opleveren. Zelfs al gebeurt dat heel bewust om die reden. Tip. Sinds dit jaar is er geen goedkeuring van de rechter meer nodig voor het wijzigen van huwelijksvoorwaarden tijdens het huwelijk. Let op. De fiscus is wel in cassatie gegaan bij de Hoge Raad. Verder kan ook de wetgever nog ingrijpen.