Geld over, wat zijn de mogelijkheden?
Geld in de praktijk laten zitten? Als u het geld in de onderneming laat zitten, is de opbrengst belast als winst. Denk bijvoorbeeld aan een zakelijke spaarrekening. Dit kan een heffing van maximaal 52% betekenen. U mag vermogen alleen in de onderneming laten als het tijdelijk overtollig is, anders moet u het van de fiscus naar privé halen. U moet eventueel hard kunnen maken dat u het op termijn weer nodig heeft, bijvoorbeeld voor de uitbreiding van uw praktijkruimte.
Of toch overhevelen naar privé?
Zakelijk nodig? Kunt u dit niet hardmaken, dan is uw vermogen duurzaam overtollig en moet u het dus naar privé halen. De opbrengst die u er dan mee behaalt, is belast in box 3. Hier geldt de vermogensrendementsheffing van 1,2%.
Tot voor kort gingen we er blind van uit dat dit voordeliger was. Met de slechte economie en de dito rendementen is dat tegenwoordig nog maar de vraag.
Stel, u heeft € 40.000,- vermogen beschikbaar dat u kunt wegzetten tegen 2% rente, uw belastingtarief in box 1 bedraagt 42% en voor box 3 is dit 1,2%.
Tijdelijk overtollig vermogen | € 40.000,- |
Rente op spaarrekening | 2% = € 800,- |
Belasting box 1 (tarief 42%) | € 336,- |
Netto-opbrengst | € 464,- |
Belasting box 3 | € 480,- |
Netto-opbrengst | € 320,- |
Conclusie. In dit voorbeeld blijkt sparen in privé netto minder op te leveren. Dit is afhankelijk van het belastingtarief over uw winst en de rente op de spaarrekening.
Beleggen ten laste van de winst?
Rendement versus risico. Beleggen brengt meer risico mee dan sparen maar levert doorgaans een hoger rendement op. Beleggingsverlies komt echter slechts bij uitzondering ten laste van de winst. Dit is namelijk alleen zo als beleggen tot uw normale bedrijfsvoering behoort. En dat zal voor (para)medici niet snel het geval zijn.
Optie 1: praktijkkrediet aflossen
Voordelen. Als u besluit om uw ondernemingskrediet geheel of gedeeltelijk af te lossen, snijdt het mes aan twee kanten. U betaalt minder rente aan de bank en u betaalt geen vermogensrendementsheffing in box 3.
Nadelen. Daar staat tegenover dat u in privĂ© de opbrengst mist van de middelen waarmee u het krediet aflost. De rente op uw ondernemerskrediet is weliswaar aftrekbaar, maar banken vragen altijd een hogere rente dan die men op een privĂ©rekening vergoedt. Deze optie is vaak ook voorÂdeliger. Nog een nadeel is dat u niet alle afgeloste kredieten weer naar believen kunt opnemen.
Optie 2: hypotheek aflossen
Voordelen. Als u ervoor kiest in privé uw hypotheek (deels) af te lossen, betaalt u minder rente.
Nadeel. U mist dan wel de aftrek van hypotheekrente; reden waarom men dit niet snel adviseert. Dit wordt anders als er nog sprake is van een geringe restschuld. Het eigenwoningforfait (voor de meeste woningen 0,6% van de WOZ-waarde) kan namelijk nooit meer zijn dan uw renteaftrek. Als uw renteaftrek nauwelijks meer is dan het forfait, is aflossen zeker een optie.