ARBEIDSOVEREENKOMST - 15.02.2012

Als drie man ruziën om een been ...

Van vrije vestiging naar dienstverband

Overgang. Na intensief onderhandelen is het dan zover. Specialist Vlaker gaat van vrije vestiging over naar een dienstverband bij het ziekenhuis. In ruil voor ontvangen goodwill ziet Vlaker ervan af dat zijn dienstjaren meetellen voor de anciënniteit van het dienstverband.

Tip. Onderhandelt ú over een overgang naar een dienstverband? Denk dan aan het volgende:

• goodwill voor het opgeven van uw praktijk;
• uw eerdere werkzame jaren als vrijgevestigde. Let op. U ontvangt geen WW-uitkering over deze jaren;
• beding voor nevenwerkzaamheden;
• een vertrekregeling voor het geval de indiensttreding niet naar wens verloopt.

Niet samen door één deur ...

Constructief overleg. Eenmaal in dienst blijken de drie in het ziekenhuis werkzame specialisten niet met Vlaker te willen samenwerken. Zij verschillen vakinhoudelijk van mening en het botst qua persoonlijkheden. Na diverse mislukte vergaderingen geeft de Raad van Bestuur aan een ex­­terne organisatieadviseur in te schakelen. Deze moet het proces van samenwerking intensiveren, maar dat mislukt. De drie collega-specialisten blij­­ven zich star jegens Vlaker opstellen en zeggen uit­­eindelijk in een brief alle vertrouwen in hem op.

Tip. Sta in zo’n situatie open voor overleg. Met drie tegen één kunt u het onderspit delven. Een constructieve houding kan de oplossing zijn, zelfs als het aankomt op een beëindiging van de samenwerking. Leg uw standpunten en reacties goed vast. Zo bouwt u zelf een dossier op.

Niet samen verder

Ontbinding. Het ziekenhuis ziet zich na negen maanden dienstverband genoodzaakt de arbeidsovereenkomst met Vlaker te beëindigen. Men er­­kent dat geen van de specialisten een overwegend verwijt is te maken over de situatie. Het ziekenhuis vindt dat niet kan worden verlangd om ­Vlaker een status aparte te geven náást de bestaande vakgroep. Uit het oogpunt van kwaliteit en continuïteit van de patiëntenzorg verkiest het ziekenhuis de drie specialisen boven Vlaker. Het ziekenhuis is bereid hem de neutrale kantonrechtersformule over het korte dienstverband mee te geven. De eerdere jaren gaf Vlaker immers op in de on­­der­­handelingen over de goodwill.

Wat zei de rechter?

Vergoeding. Vlaker gaat daarmee natuurlijk niet akkoord. De financiële gevolgen zullen aanmerkelijk zijn. Hij krijgt immers maar drie maanden WW. Hij is tenslotte nog maar kort in dienst. En daarnaast kent de uitkering ook nog eens een maximumdagloon als basis voor de uitkering. De kantonrechtersformule pakt al met al wel erg nadelig voor hem uit.

Rechter komt specialist tegemoet. In een vergelijkbare zaak (LJN: BU8985) week de ­rechter af van deze formule en kende een vergoeding van een jaarsalaris toe. Daarin woog voor de rechter met name het korte dienstverband mee in combinatie met de onzekerheid van het vinden van een vergelijkbare positie alsmede het verwijt aan het ziekenhuis dat deze impasse was ontstaan. Qua vergoeding was deze specialist de lachende derde. Of beter gezegd: de lachende vierde.