Van de HIR een potje maken?
Stel, u heeft een bedrijfsmiddel, bijvoorbeeld uw bedrijfspand of een machine, met een mooie winst verkocht. Dat hoeft in de belastingaangifte niet tot een hoge belaste winst te leiden. Hoe werkt dat in uw voordeel?
Wat is de HIR voor een potje?
Zowel de inkomsten- als de vennootschapsbelasting kennen de belastingvoordeelregeling van de herinvesteringsreserve (afgekort als HIR). De HIR levert geen afstel, maar wel uitstel van belastingbetaling op. De behaalde winst bij de verkoop van een bedrijfsmiddel (bijvoorbeeld een machine of een pand) mag door de werking van de HIR onbelast in een ‘potje’ (een reserve) worden gestopt. De duur van het belastinguitstel is wel wat beperkt (zie hierna), tenzij een nieuw bedrijfsmiddel wordt gekocht. Dit verklaart ook de naam van de voordeelregeling. Wordt een ander bedrijfsmiddel aangeschaft dan moet namelijk eerst het reservepotje worden leeggemaakt.
Voorbeeld. Stel, u verkoopt een machine met een boekwaarde van 100 voor 150. De winst is dus 50, en blijft als gevolg van de HIR voorlopig onbelast. Na een jaar koopt u een andere machine voor 250. Eerst wordt nu het ‘HIR-spaarvarken’ geslacht (50), zodat de boekwaarde van de machine (250 min 50 oftewel) 200 wordt. Wordt na een jaar deze machine weer verkocht voor 240 dan bedraagt de dan belaste winst (240 min 200 oftewel) 40.
Hoe lang werkt het?
Hoeveel jaar? Het belastinguitstel wordt u (of uw BV) verleend gedurende een periode van maximaal vier jaar. Dat wil zeggen, het jaar waarin de verkoop heeft plaatsgevonden plus de volgende drie kalenderjaren. In deze periode moet de aankoop van het nieuwe bedrijfsmiddel zijn afgerond. Al kan de inspecteur u op uw verzoek - als u daar tenminste goede redenen voor aanvoert (bijv. overmacht) - uitstel (en dus een langere periode) voor uw nieuwe investering geven. Na maximaal vier jaar valt de eerder gevormde reserve vrij ten gunste van de winst. U zult dan alsnog belasting over de eerder behaalde winst moeten betalen.
Gunstig. Maar weet dat dan nog sprake is van een financieel voordeel: gedurende de periode dat de HIR in de boeken van uw onderneming stond is door de Belastingdienst aan u renteloos (!) uitstel van betaling verleend over de belastingschuld over de behaalde verkoopwinst. Als de HIR vrijvalt, hoeft u dit rentevoordeel niet aan de Belastingdienst te vergoeden. Dit verklaart ook waarom de fiscus met argusogen volgt of nog wel steeds aan het voornemen tot herinvesteren wordt voldaan.
Tip. Plan een nieuwe (her)investering dus tijdig, en vraag als u aan ziet komen dat tijdige herinvestering niet gaat lukken om verder uitstel, onder vermelding van voldoende en goede redenen. Het is slimmer om uitstel te vragen als u nog binnen de termijn zit dan om dit te doen als uw termijn al verstreken is.
Wat bent u van plan?
Wilt u opnieuw investeren? Hiervoor merkten wij al op dat de HIR maximaal vier jaar blijft bestaan. Maar op ieder moment van deze periode dient er een voornemen tot herinvesteren te blijven bestaan. Het is niet zo dat de inspecteur moet bewijzen dat bij u (of uw BV) geen vervangingsvoornemen (meer) bestaat. Nee, u bent diegene die moet bewijzen dat dit voornemen (nog steeds) bestaat.
Uit bepaalde feiten en omstandigheden (het uitgeven van de verkoopopbrengst aan heel andere zaken bijvoorbeeld) kan heel goed worden afgeleid dat er niet langer meer sprake is van een voornemen om over te gaan tot een herinvestering.