Camera’s gebruiken?
U verdenkt een medewerker ervan dat hij de auto van zijn partner voltankt met uw tankpas. U weet het echter niet zeker, u bent er immers nooit bij als uw medewerker tankt. Hoe ver mag u gaan bij het zoeken naar bewijs?
Opvallende rechtspraak. Recentelijk heeft het Hof Den Bosch (zaak nr. KG C0501067/BR) een voor werkgevers gunstige uitspraak gedaan over een vergelijkbaar geval. De werkgever vermoedde dat zijn werknemer zijn tankpas van het bedrijf onder meer gebruikte om de auto van zijn vrouw vol te gooien. Naar aanleiding van dit vermoeden heeft de werkgever een recherchebureau ingeschakeld. In het rapport van het recherchebureau zaten video-opnames, gemaakt bij een tankstation. Op deze opnames is te zien dat de werknemer de tankpas in ieder geval voor één andere auto heeft gebruikt. Werkgever heeft de werknemer geconfronteerd met deze bewijzen en hem op staande voet ontslagen. In kort geding heeft de werknemer loondoorbetaling gevorderd en hij voerde aan dat de gegevens niet mochten worden gebruikt, nu deze onrechtmatig zijn verkregen.
Hoe ver gaat de privacy? Met name in de Wet bescherming persoongegevens zijn regels opgenomen om de privacy van werknemers te beschermen. Het gaat aan de ene kant om het gerechtvaardigd belang van de werkgever om de opnames te maken, zonder de werknemer vooraf te waarschuwen en anderzijds om de inbreuk op de privacy van de werknemer, die zo beperkt mogelijk moet blijven. Hierbij gaat het met name om opnames van personen op een voor hen niet kenbare wijze en op een niet voor het publiek toegankelijke plaats, zoals toiletten, garages en werkkamers. Het inperken van dergelijke vrijheden door de werkgever behoeft een rechtvaardigingsgrond, terwijl tevens zo terughoudend mogelijk te werk moet worden gegaan.
Het Hof Den Bosch heeft in deze zaak geoordeeld dat de privacygevoeligheid van de opnames van het recherchebureau zeer beperkt waren, nu de opnames het tankgedrag van klanten bij een publiek tankstation registreren en in het algemeen publiekelijk worden aangekondigd. Het betrof immers waarnemingen vanaf de openbare weg, op een beperkte schaal, terwijl tevens gebruik is gemaakt van een door een derde (de tankstationhouder) gemaakte standaardopnames van klanten. De werkgever mocht de door het recherchebureau gemaakte opnames dus mede ten grondslag leggen aan zijn verwijten aan de werknemer. Het ontslag hield stand.
Tip. Het CBP (College Bescherming Persoonsgegevens) heeft specifieke informatie voor het plaatsen van camera’s op de werkplek opgenomen op zijn website. Deze informatie en regels/richtlijnen zijn te downloaden van http://www.cbpweb.nl Op deze site vindt u tevens nadere informatie over die gevallen waarin de werkgever een gerechtvaardigd belang heeft om wel (heimelijk) een camera te plaatsen. Het komt erop neer dat de werkgever in principe geen gebruik mag maken van verborgen camera’s op de werkplek. In zeer uitzonderlijke gevallen en onder specifieke voorwaarden is (verborgen) cameratoezicht toegestaan.
Melding bij CBP. Indien de werkgever gebruikmaakt van digitale opnameapparatuur is hij verplicht dit te melden bij het CBP. Echter, als de werkgever camera’s plaatst ter beveiliging van personen, gebouwen, terreinen, zaken en productieprocessen dan wordt hij op grond van een vrijstellingsbesluit ontslagen van deze verplichting. Dit Besluit vindt u ook op http://www.cbpweb.nl
Het is raadzaam beleidsregels op te stellen voor uw onderneming, waarmee kenbaar wordt gemaakt aan uw werknemers dat u zich als werkgever het recht voorbehoudt om in bepaalde gevallen camera’s te plaatsen in het bedrijf.
Maak uw profiel aan om dit advies en vele andere adviezen te kunnen ontdekken.